IJopener vindt sport heel belangrijk. Daarom laten we kinderen aan het woord die graag sporten. We gaan met ze naar de training en interviewen na afloop hun trainer. Zo leren we ook de sportclubs in onze buurten kennen. Dit keer komt Thom (11 jaar) aan het woord, hij sport bij AV’23, de atletiekvereniging die dit jaar honderd jaar bestaat.
Hannie Raaff | Foto’s Björn Martens
‘Ik wilde al op atletiek toen ik drie was. Toen ik zes werd, heeft mijn vader me ingeschreven. Waarom ik atletiek zo leuk vind? Omdat ik er met mijn vrienden op de baan kan spelen. Die heb ik allemaal op atletiek leren kennen, vanaf de eerste dag zijn we al vriendjes. Er is wel een beetje verschil tussen spelen en trainen. Met spelen kan je samen lachen, trainen is wat serieuzer.
Ik train drie keer per week. In onze groep zitten vijftig jongens en meisjes van negen tot elf jaar. We beginnen met de hele groep met inlopen. Daarna worden we in groepjes verdeeld en trainen we op verschillende onderdelen. Die onderdelen zijn sprinten, lange afstand lopen, hoogspringen, verspringen en kogel stoten. Speerwerpen hoort er ook bij, maar dat mag pas als je twaalf bent. We zijn nu nog aan het bal werpen.
Ik vind estafettelopen heel leuk, maar sprinten ook. Daar ben ik heel goed in. Ik ben ook goed in verspringen.
Atletiek is prestatiegericht, maar het is niet zo dat je boos bent als je verliest of fouten maakt. Je denkt dan gewoon “balen, volgende keer beter”. Eigenlijk is het juist leuk om met je vrienden te kijken wie het verste komt.
In de competitie haal je punten met je team, maar individueel krijg je ook punten op de onderdelen. Het is bij ons niet zo dat kinderen die niet zo goed zijn op sport worden buitengesloten. Atletiek is goed als je onzeker bent, je ziet dat je steeds meer vooruit gaat. Als in onze groep iemand flauwe opmerkingen maakt tegen een kind, is er altijd wel iemand die het voor hem opneemt. Of je stapt naar de trainer. Het is ook gezellig dat jongens en meisjes samen in een groep zitten. Alleen met wedstrijden, dan gaan jongens en meisjes apart.
Atletiek gaat altijd door, ook als het regent of sneeuwt, daar wen je aan. En het is ook niet erg als je een keertje overslaat.
Op zaterdag spelen we met AV’23 tegen andere atletiekverenigingen. De grote finale van de competitie wordt dit jaar bij ons gehouden omdat we honderd jaar bestaan. Twee keer per jaar hebben we met AV’23 een feest, maar dit jaar een extra groot feest. Voor de kinderen wordt nog iets speciaals gedaan, maar dat is nog een verrassing. Ik heb wel eens gedacht aan een andere sport, zoals basketbal. Maar dat is niet te combineren met atletiek.
Atletiek is gewoon een deel van mij. En ik ben graag gezellig samen met mijn familie, wij zitten allemaal op atletiek.’
Hoofdtrainer Casper (25)
‘Toen ik zestien was ben ik gestopt met voetballen, ik vond het niet leuk meer. Ik kon goed rennen en besloot atletiek te proberen. Ik trof een hele goede trainer en ging steeds beter en steeds vaker trainen, nu zo’n vijf keer per week. Op mijn achttiende ben ik begonnen om zelf trainingen te geven aan de tien- en elfjarigen. Ik heb daarvoor een korte cursus gevolgd in de kantine. Ik kan ook een landelijke opleiding volgen van de atletiekbond, maar ik doe ook nog een master wiskunde op de Universiteit van Utrecht en ik weet niet hoe ik zo’n cursus daar in moet passen.
Wiskunde en atletiek zijn een mooie combinatie. Het is een serieuze sport, je meet doorlopend wat je kan. Je doet wedstrijden met een team, maar je eigen vooruitgang is ook een vorm van winnen. Naast de serieuze sport is er ruimte voor gezelligheid, ook tijdens de training. Het is een heel andere sfeer dan bij voetbal.
Trainingen geven aan kinderen is heel leuk. Ze zijn onvoorspelbaarder dan volwassenen, en meestal ook vrolijker. En directer: als ik een saaie training geef laten ze het me meteen merken. Waar je op let als trainer? Dat er geen ongelukken gebeuren, dat er geen ruzies zijn, aanleren van juiste techniek en er op letten dat iedereen mee doet.
AV’23 is een grote en gezellige club, maar we spelen ook wel een rol in de landelijke en Europese competitie. Thom is trouwens echt een talentje, voor zijn leeftijd loopt hij verschrikkelijk hard en hij springt heel ver en hoog!’
De atletiektrainingen van AV’23 worden gegeven op de Meerkamp in de Watergraafsmeer. De contributie bedraagt € 26,35 per maand. Ouders met een laag inkomen kunnen een beroep doen op het Jeugdfonds sport Amsterdam.
