In de nieuwsbrief van de gemeente Amsterdam, editie Oost van 8 november konden we lezen dat er in het Oosterpark drugsnaalden zijn gevonden en dat die plekken nu dagelijks zullen worden schoongemaakt. Verderop in het bericht krijgen we van stadsdeelvoorzitter Maarten Poorter te horen dat het park zo mooi is opgeknapt en het stadsdeel er alles aan doet om het drugsgebruik tegen te gaan.
Tekst en foto Egbert Schuttert
Als omwonende van het park vind ik zo’n opmerking opmerkelijk. Want de naalden zijn gevonden aan de zuidkant van het park, zijde Oosterparkstraat en de Linnaeusstraat, in het deel waar juist helemaal niets is opgeknapt of gerenoveerd, waar het asfalt slecht is, de (onder)begroeiing dicht, de beplanting lelijk, het meubilair matig en verlichting eindelijk onlangs is aangebracht. Niet verrassend dat juist daar de naalden zijn gevonden.
Waarom, zo vraag je je af, is dit deel van het park niet opgeknapt zoals de rest? Was het geld op, heeft het stadsdeelbestuur een andere visie op deze strook, is dit stuk park niet van belang? De laatste jaren is alle aandacht gegaan naar de ‘verdubbeling’, de vergroting van het park aan de noordzijde, (mooi geworden) maar in deze staat kunnen we de zuidzijde inmiddels wel van het park aftrekken en zijn we er dus met die uitbreiding per saldo weinig mee opgeschoten.
Daarom, stadsdeel, maak af die renovatie, ook aan de zuid- en de oostzijde: dichte beplanting rooien, zicht en doorzichten maken (zoals dat hoort in een Engels landschapspark) en we ook van buitenaf ook eens in het park kunnen kijken en nieuwe, mooie, lagere, bloeiende beplanting aanbrengen zoals in het gerenoveerde deel. Zo komt er vanzelf meer (sociale) controle en stopt het ‘misbruik’ van het park vanzelf. En hoeven de reinigingsmensen geen naalden meer te rapen.