Hoe verloopt de geboorte van een kinderboek? Ik kreeg de kans om een antwoord op deze vraag te vinden toen ik hoorde dat buurtgenote Glenda Westzaan op 23 november haar eerste boek gaat presenteren in het Dapperhuis. Glenda Westzaan heb ik leren kennen als één van de Dappere Doorzetters, een clubje dames dat afgelopen december een fototentoonstelling presenteerde in de Oba op het Javaplein met als thema Zinvol ouder worden en meedoen in de wijk.
Henny Reubsaet
Als ik haar benader voor een interview over haar schrijverschap hoor ik dat ze al jaren lid is van een schrijfgroepje dat elke maand in diezelfde Oba bij elkaar komt. Daar presenteren ze de resultaten van de schrijfopdrachten aan elkaar, verhalen die ze thuis geschreven hebben. Uit één van die maandelijkse opdrachten, schrijf een fabel, is het verhaal ontstaan waar ze nu een boekje van heeft gemaakt: Halima, een avontuurlijke hagedis uit Bamako.
Daarmee is mijn vraag natuurlijk nog niet beantwoord. Ik ben juist benieuwd naar het proces dat leidt van een verzonnen verhaal dat in de computer zit, tot een boekje met fraaie illustraties dat je kunt kopen en dat je in je hand kunt houden. Veel mensen schrijven, maar niet iedereen komt tot een publicatie. Hoe is haar dat gelukt? Glenda vertelt dat aan het realiseren van haar eerste boek een lange periode vooraf is gegaan.
‘Eigenlijk wilde ik dertig jaar geleden al een boekje schrijven. Toen paste ik vaker op kinderen en die kunnen soms heel grappige opmerkingen maken. Van al die anekdotes wilde ik wel een boekje maken, maar ja, hoe je dat moest aanpakken met een uitgever vinden en zo, geen idee. Ik had er toen ook niet echt de tijd voor. Ik schrijf al veel langer dan de negen jaar dat ik bij het schrijfclubje ben. Schrijven is mijn manier om dingen te verwerken. Meestal schrijf ik voor mezelf, maar de laatste vijf jaar heb ik ook wel eigen gedichten voorgedragen op kleine podia in de stad. En af en toe schrijf ik een online-column, voor radio Signaal. Mijn laatste gedicht is ontstaan toen ik een liefdespaar uit Soedan zag op het journaal. Wat serieuzer werk zeg maar dan mijn kinderboek.’
Dat ze nu toch heeft doorgezet en dat het tot een eigen publicatie is gekomen, een kinderboek, heeft een paar triggers.
‘Een lid van mijn schrijfgroepje heeft een boek in eigen beheer uitgebracht over haar familiegeschiedenis. Gewoon voor haar familie, met foto’s en zo, maar heel inspirerend. En mijn nicht Rita heeft een paar jaar geleden een kinderboek gepubliceerd, voor Surinaamse kinderen. Een alfabetboek. Bij elke letter van het alfabet heeft ze een Surinaams woord geschreven, de A is van Anansi, de B van brasa en zo verder. Met mooie illustraties is het een prachtig boek geworden.’
‘Rita is degene die me over de online-uitgeverij Boekscout.nl heeft verteld. Daar stuur je je manuscript naartoe en als ze dat accepteren maken ze het printklaar en iedereen die geïnteresseerd is kan het dan bij hen bestellen. On demand noemen ze dat. Zo heb je als schrijver dus geen onkosten voordat het boek klaar is en ben je ook niet verplicht om een bepaalde oplage te laten drukken. Ideaal.’
Twee jaar geleden heb ik bedacht om één van mijn fabels op die manier te gaan publiceren. Ik had al meer fabels geschreven want als je een traditionele uitgeverij benadert zeggen ze dat je een reeks verhalen moet hebben, om een bundel te maken. Ik heb toen gekozen voor het verhaal van de hagedis Halima omdat ik dat al aan meerdere mensen had laten lezen en iedereen het heel grappig vond.’
Uitgeverij Boekscout blijkt eerst tips en aanwijzingen te geven voor ze een manuscript accepteren.
‘Ik heb mijn fabel wel moeten bewerken om het geschikt voor kinderen te maken. Dan moet je in de tegenwoordige tijd schrijven en niet te lange zinnen maken. Ook korte alinea’s maken én het verhaal moet altijd goed aflopen. En natuurlijk moeten er in een kinderboek illustraties bij. Het vinden van een illustrator was nog een hele zoektocht. Gelukkig heb ik een groot netwerk en via-via vond ik Magda Wieclawska die wel wilde meewerken.’
‘Een half jaar nadat ik het manuscript had opgestuurd kreeg ik bericht van Boekscout dat ze het wel wilden hebben. Dat is nu een jaar geleden. Toen ben ik het pas serieus aan gaan pakken. Er moesten meer illustraties bij en het moest dus nog meer naar kinderen toegeschreven worden. Ik heb ook gezocht naar een weg om het ergens te kunnen presenteren.’
‘Op zaterdag 23 november ben ik nu één van de onderdelen van het Dapper Dicht Huis, een dichtersmiddag tussen 13.00 en 16.00 uur. Het Dapperhuis in de Eerste Van Swindenstraat 511 organiseert regelmatig zo’n middag waar mensen hun gedichten gaan voorlezen. Mijn nichtje van 10 gaat dan mijn boekje voorlezen en daarna ga ik het officieel overhandigen aan illustratrice Magda.’
Is de geboorte van haar eerste boek tevens de geboorte van een schrijver van meerdere kinderboeken?
‘Ik denk dat ik, als ik aan een nieuw manuscript ga werken voor Boekscout, het weer een fabel voor kinderen zal worden. Ik vind het altijd heel fijn om voor te lezen voor kleine kinderen en dan is het natuurlijk superleuk als je je eigen kinderboek kunt gaan voorlezen.’
‘Mijn eerste dierenverhaal ging over een slang uit Burkina Faso. Ik had van een kennis gehoord dat dat het land van de eerlijke mensen betekende. Toen begon mijn fantasie te werken, hoe zou een slang zich in dat land gedragen? Zo heb ik ook een luiaard uit Suriname tot onderwerp gemaakt en ik heb ook al een fabel over een kat geschreven. Door de expertise die ik nu heb opgedaan met mijn eerste kinderboek, weet ik dat ik die verhalen nog moet bewerken om ze geschikt te maken voor kleine kinderen. En er moeten nog illustraties bij natuurlijk. Hopelijk is Magda zo blij met ons eerste gezamenlijke boekje dat ze de tijd kan vinden om verder te gaan met een tweede boekje. De weg van verhaal naar boekje weten we inmiddels te vinden. Eerst maar even ervaren hoe Halima ontvangen wordt.’
Check www.boekscout.nl
Zelf iets voordragen tijdens een Dapper Dicht Huis? Geef je op via [email protected]