Vlak bij mijn huis ligt het park Frankendael en daarnaast het tuinencomplex Klein Dantzig. Het is een prachtige plek om als bezoeker doorheen te wandelen, hoewel ik dan toch ook wel het gevoel heb dat ik door iemands tuin loop. De tuinhuisjes staan mooi verscholen achter bomen en struiken en ik weet zeker dat de eigenaren erg trots zijn op wat ze daar bereikt hebben. Want er is heel wat voor nodig om zo’n prachtige tuin te krijgen.
Ontdek Oost | Jeanine Reuver
Flink spitten en schoffelen en met de kruiwagen op en neer. En niet alleen voor je eigen tuin, ook voor het gemeenschappelijke deel. Op de tekst in de vitrine bij de ingang staat dat er wel een wachtlijst is van 7 tot 8 jaar. Dat is best lang. Iets minder lang dan voor een gewoon huis, maar toch. Je moet het wel heel erg graag willen. Er staan prachtige huisjes tussen in mijn favoriete kleur blauw (Grieks blauw, noem ik het maar), maar er staat ook een vreemd huisje op de hoek van het park (aan de kant van de Nobelweg). Ik hoop de eigenaar niet te beledigen, want dat is zeker niet de bedoeling, maar ik heb me altijd afgevraagd waarom dat huisje zo gebouwd is. Het is namelijk scheef. Een scheef dak en een scheef raam. Was het handiger om het zo te bouwen? Of was het een bewuste architectonische keuze? Hoe zou het zijn als je binnen staat? Is dan je wereldbeeld gekanteld? Dat moet haast wel.