De herfst is begonnen, het is wachten op de eerste zware storm. Een jaar geleden ontsnapte Amsterdam op het nippertje aan een flinke overstroming, tijdens storm Ciarán. Dat kwam onder meer door achterstallig onderhoud aan de sluizen bij IJmuiden, zo blijkt uit twee onlangs verschenen evaluaties. Hoe goed is de binnenstad eigenlijk beschermd tegen het stijgende water?

Tekst en beeld Henk Leenaers

Als je een wandelingetje maakt over de Hoogte Kadijk heb je er misschien niet zo’n erg in, maar je loopt dan over één van de primaire waterkeringen die de Amsterdamse binnenstad beschermen tegen overstromingen. Zelf denk ik bij ‘primaire waterkering’ eerder aan een metershoge dijk die is begroeid met gras en verstevigd met basaltblokken en waar rijen met windturbines boven op staan. Dat klopt ook allemaal, zo zien veel dijken langs de kust en om de Flevopolders er tegenwoordig uit. En toch is de Hoogte Kadijk niet alleen een doodnormale straat, maar óók een waterkering. Net als de Zeeburgerdijk, de Valkenburgerstraat, de Jodenbreestraat, de Antoniebreestraat en (de naam zegt het al) de Zeedijk. Deze straten liggen allemaal een tot enkele meters hoger dan hun omgeving en houden – in geval van nood – het stijgende water tegen.

De bui die drie jaar geleden zulke grote overstromingen veroorzaakte in Limburg, zou Amsterdam zomaar een maand onder water kunnen zetten

Hermetisch afsluiten
Ook in het westelijke deel van de binnenstad liggen zulke waterkeringen, waaronder de Haarlemmerdijk. Maar om het centrum bij hoogwater vanuit zee hermetisch af te sluiten moet er meer gebeuren. Ook de grachten moeten dicht. Om dat voor  elkaar te krijgen liggen er langs de noordkant van de stad 14 sluizen, die samen met de waterkeringen het zogeheten ‘IJfront’ vormen. De meest westelijke sluis is de Haarlemmervaartsluis, de meest oostelijke de Zeeburgersluis. Stijgt het water in het Noordzeekanaal en het IJ, dan gaan deze sluizen dicht en is de binnenstad beschermd. In theorie althans, want soms gebeurt er iets onverwachts, zoals op 2 november 2023. Toen was er namelijk een storing in de sluizen bij IJmuiden.

Deze keer ging het niet goed
Oktober vorig jaar was de natste maand ooit gemeten. In het Noordzeekanaal, dat het overtollige water moet afvoeren naar de Noordzee, stond het waterpeil op 2 november bijna 30 cm hoger dan normaal. Als alles goed gaat, stroomt dit water bij eb via de sluizen van IJmuiden terug naar de Noordzee. Maar deze keer ging het niet goed: de sluizen bleven ook tijdens vloed urenlang openstaan. Daardoor kon er een flinke golf zeewater via het Noordzeekanaal naar Amsterdam stromen. Het waterpeil in het IJ ging gevaarlijk snel omhoog. In de Houthavens klotste het water al tegen de ramen. Tot overmaat van ramp vaardigde het KNMI code oranje uit omdat er een zware storm op komst was: Ciarán.

Storing in de sluizen
Nog 10 cm water erbij en de riolen zouden overstromen, kelders zouden onderlopen en er zou wekenlang water op straat staan. Zo ver kwam het gelukkig niet. Uit evaluaties die Rijkswaterstaat en de waterschappen afgelopen september publiceerden, blijkt dat zo’n ramp maar net is afgewend, dankzij een paar alerte medewerkers van het waterschap en Rijkswaterstaat. De een besloot in alle vroegte om de 14 sluizen van het IJfront te sluiten, zodat het water in de grachten niet verder kon stijgen. Dat was al 25 jaar niet meer gebeurd. Een ander merkte op dat de utomatische bediening van de sluizen bij IJmuiden niet werkte en sloot ze daarna handmatig. En een volgende zette het gemaal bij Zeeburg vol aan, zodat het waterpeil in de stad binnen 24 uur weer kon zakken naar het gewenste niveau.

Zorgen over extreme buien
Het was op het nippertje, zo kun je de conclusies van beide evaluaties kort samenvatten. De medewerker van het waterschap die het IJfront sloot, had het gevoel dat hij – net als Hansje Brinker – nog maar nét op tijd zijn vinger in de dijk had gestoken. Hij verwacht niet dat het nog eens 25 jaar zal duren voordat Amsterdam het IJfront weer moet sluiten. Daarvoor stijgt de zeespiegel te snel en komen extreme buien te vaak voor. Vooral over die buien maakt hij zich zorgen. De bui die drie jaar geleden zulke grote overstromingen veroorzaakte in Limburg, zou Amsterdam zomaar een maand onder water kunnen zetten.

Kritisch over staat van onderhoud
Terug naar de evaluaties van de bijna-ramp. De rapporten zijn kritisch over de staat van onderhoud van de sluizen bij IJmuiden. Sommige installaties zitten tegen het eind van hun levensduur en zijn daardoor kwetsbaar voor storingen. Het is dus maar zeer de vraag of de sluizen het bij een volgende storm wel goed doen. Er is ook van alles mis met de werkplek van de medewerkers die de sluizen bedienen. Die is niet, zoals je zou verwachten, in IJmuiden, maar in Schellingwoude. Lekker efficiënt, want van daaruit kun je ook de Oranjesluizen en de Schellingwouderbrug bedienen. Maar als er bij IJmuiden iets misgaat, kun je dat niet met eigen ogen zien. Daarom is de bediening voorlopig naar IJmuiden verplaatst en is er bij een storing voortaan een geluidsalarm.

Verhoogde drempels en stopcontacten
De renovatie van de sluizen laat wat langer op zich wachten. Naar verwachting zijn de sluizen pas in 2032 weer structureel betrouwbaar. Nou maar hopen dat de samenwerking tussen Rijkswaterstaat en de waterschappen, waar de evaluaties wél lovend over zijn, zó goed blijft dat er bij de volgende storm weer op tijd wordt ingegrepen. Wie er toch niet helemaal gerust op is, kan ook zelf in actie komen. Net zoals is gebeurd bij de huizen in de Houthavens, die niet worden beschermd door de sluizen van het IJfront, kun je de onderste 80 cm van je huis waterdicht laten maken. Tijdens een overstroming krijg je dan geen natte voeten en zie je met een beetje geluk enkele vissen voorbijzwemmen. Vergeet in zo’n geval niet om ook een ingang te maken op de eerste verdieping. Minder ingrijpend zijn verhoogde drempels en stopcontacten