Dit dubbeltochtje van de IJopener staat in het teken van Noord, de buurwijk van Oost over het IJ. Het is allang niet meer een vergeten uithoek en er is aanleiding genoeg om de pont te pakken en Noord te verkennen. Daar komt bij dat het de uitvalsbasis is voor tochtjes naar Waterland.
Tekst Joost van der Vaart | Foto’s Björn Martens
We wilden weer eens met het Oostveer naar de overkant. Amsterdam is verslaafd aan z’n pontjes, toch een beetje de paardentram van de infrastructuur. Tunnels? Bruggen? Niet over het IJ, veel te modern. In Rotterdam beginnen ze aan hun derde stadsbrug, een miljardenproject. Amsterdam blijft achterom kijken. Toegegeven, zo’n pont heeft charme; zeker het Oostveer. Lekker uitwaaien op het breedste stuk van het IJ. Het kost niets en als je geen haast hebt is zo’n boottochtje stressverlagend. Noord ligt op je te wachten en verderop vind je de ijle schoonheid van Waterland.
In Noord meert het veer aan op de Johan van Hasseltweg. Je kunt daar rechtsaf naar het Vliegenbos, een stadspark van meer dan honderd jaar, genoemd naar sociaaldemocratisch politicus Willem Vliegen (1862-1947), initiatiefnemer van dit iepenrijke bos. Een aan te bevelen route, mede omdat je van hieruit makkelijk naar Nieuwendam en Schellingwoude kunt. Over de dijk uiteraard, waar je op de gevelarchitectuur van de houten dijkhuizen moet letten, een Noord-Hollandse specialiteit. Ze laten duidelijk hun band zien met de achterliggende polders, waar de bodem zacht is en bouwen met baksteen lang onmogelijk was.
Wil je de polder in, vervolg dan de dijkroute naar Durgerdam waar je fraai uitzicht hebt over het Buiten-IJ. Durgerdam, geliefd en peperduur in z’n onroerend goed, heeft tot in de twintigste eeuw van het water geleefd: handel, scheepsbouw, visserij. Wat niet iedereen weet is dat daar tot voor kort de inmiddels gepensioneerde scheepsbouwer Piet Bouhuijs mooie houten zeiljachtjes timmerde. Zijn specialisatie was overnaadse bouw, waarbij de planken van de scheepsromp elkaar overlappen. Bouhuijs woont in een opvallend pand aan de Durgerdammerdijk. Het is ontworpen door Gerrit Rietveld, de grootvader van zijn vrouw. Iedereen met oog voor architectuur kan dit ‘Rietveldhuis’ vinden.
Je kunt van Durgerdam verder fietsen of lopen naar Ransdorp, met zijn platte toren van 480 jaar oud. Geld voor een spits was er niet. Het leuke voor de tochtjesmaker is: je mag ’m beklimmen. Boven op het plat kun je met helder weer ver kijken. Het IJsselmeer, het polderlandschap, de grootstad en westwaarts de kust – ’t is overweldigend.
Als je geen zin hebt in platteland, ga dan van het Oostveer niet naar rechts maar volg de Johan van Hasseltweg rechtdoor. Zelf willen we deze keer naar Tuindorp Oostzaan, waar we niet eerder waren. De Amsterdamse tuindorpen, gebouwd tussen de twee wereldoorlogen, zijn te danken aan bevlogen stadsbestuurders en bouwmeesters als Wibaut, Keppler en De Miranda. Tuindorpen waren bedoeld als betaalbaar alternatief voor overvolle buurten elders in de stad.
Van het Oostveer tot aan Tuindorp Oostzaan is eigenlijk te ver om te lopen. Wij gaan op de fiets en doorkruisen op ons gemak Noord van oost naar west. Ons doel is een museumwoning in Tuindorp Oostzaan aan de Meteorenweg 174. Bepaal zelf een route, er zijn vele wegen die naar dit unieke stadsmuseumpje leiden.
Voor spijtoptanten, die alsnog de polder in willen, is er een interessante afzwenkmogelijkheid. Hoe dan ook moeten we het Noordhollandsch Kanaal over, ‘een waterweg van niks naar nergens’, zoals een maritiem expert eens meesmuilend opmerkte. Altijd onderbenut gebleven omdat het Noordzeekanaal zijn functie overnam. Het Noordhollandsch Kanaal is het best te typeren als sereen: ongestoord kalm. Je kunt het volgen tot aan de pont bij Het Schouw en dan rechtsaf langs de Broekervaart naar Broek in Waterland gaan. Een prachttocht.
Wij zijn inmiddels in Tuindorp Oostzaan aangekomen en zoeken de museumwoning op. Het is als woonhuis in oorspronkelijke staat gebleven en biedt volop informatie over de geschiedenis van de wijk, onlosmakelijk verbonden met de NDSM en de ADM. Veel werknemers van deze allang verdwenen scheepswerven in Noord woonden in Tuindorp Oostzaan. Hun bedrijven gingen failliet, rond 1985 was het gedaan met de scheepsnieuwbouw in Amsterdam. De metropool paste zich aan. Ook Noord, dat nu verdacht veel op andere stadsdelen begint te lijken. Noord is het nieuwe Oost – en omgekeerd.
- De museumwoning is elke tweede zondag v.d. maand open. Check historischarchief-toz.nl/museumwoning
- De Ransdorper toren is in de weekends van 27 april tot en met september te beklimmen. Juli en augustus dagelijks, m.u.v. maandag.