De grootste blueskenner van Nederland, Wim Verbei, woont in Oost. In zijn onlangs verschenen tweede boek, Blues Op Bezoek, beschrijft hij hoe de originele, Afro-Amerikaanse blues voet aan de grond zet in Nederland en laat hij zien dat blues een apart muziekgenre is. oost-online’s muziekmedewerker Oscar Smit gaat met Wim Vebei terug naar de wortels van blues in Nederland.
Oscar Smit
Wim Verbei woont al sinds de jaren negentig in de Watergraafsmeer. ‘Ik vind het een van de leukste buurten van Amsterdam. Je hebt er alles wat je nodig hebt: een goede boekhandel op de Middenweg, een bibliotheek, veel aardige cafés en restaurants. Bovendien ben je binnen tien minuten in het Centrum. Ook zijn er diverse muziekgelegenheden, maar wel te weinig, vind ik’, aldus Wim Verbei.
Sinds zijn achttiende doet hij journalistiek werk. Dat begon bij de Haagse krant Het Binnenhof. Hierna volgden nog een aantal tijdschriften, zoals De Journalist (tegenwoordig Villa Media). Hij was in 1971 een van de oprichters van muziekkrant Oor. Voor dit blad schreef hij tot 1983 over (blues)muziek, maar daarna keerde hij weer terug naar de algemene journalistiek. Zijn hele werkende leven had hij naast muziek ook het ontwikkelen van een ideale database als interessegebied. In zijn eigen database stopte hij de gegevens van alle bluesconcerten in Nederland. Dat begint ergens in de jaren twintig van de vorige eeuw. Pas in 1920 wordt het woord blues in Nederland voor het eerst met een muzikale content gebruikt. Zo wordt er in 1923 geschreven over de Blues als een nieuwe dans.
Een jaar of zes geleden liet Verbei zijn database vol trots zien aan zijn vriend Arend Jan Heerma van Voss (1942-2022). Die keek er even naar en zegt dan: ‘Mooi Wim en nu het verhaal nog.’ Vanaf dat moment is Verbei aan het schrijven geslagen en heeft hij zijn database uitgebouwd tot een heuse kroniek met, uitgebreide, beschrijvingen van bluesconcerten in Nederland tot 1980. Het resultaat is een uiterst interessant en dik (432 pagina’s) boek met een zeer handige en uitgebreide index.
Nadruk bij dit alles ligt op de ontvangst van Afro-Amerikaanse bluesartiesten in ons land. Een van de eerste zwarte bluesmuzikanten die hier redelijk bekend werd was Big Bill Broonzy (1893-1958). In de jaren vijftig was hij regelmatig in ons land. Hij kreeg zelfs een Nederlandse vrouw en een zoon, die nog steeds in Amsterdam woont. In het boek krijgt hij flink wat aandacht.
Naast echte bluesmannen als Memphis Slim, BB King of Muddy Waters, krijgt ook de opkomende rock ’n roll de nodige aandacht. De muziek van mensen als Chuck Berry, Fats Domino of Ray Charles had tenslotte een raakvlak met blues. Ook de opkomst van de zogenaamde ‘witte blues’ krijg aandacht. Dit was een term die platenmaatschappijen in de jaren zeventig in het leven riepen om de muziek van mensen als John Mayall, Paul Butterfield of Fleetwood Mac beter te kunnen verkopen.
Barrelhouse & Albert Collins, 1978
In dat kader vallen ook Nederlandse bands als Q65, Cuby & The Blizzards of Barrelhouse, dat dit jaar 50 jaar bestaat en ooit samenspeelde met de Amerikaan Albert Collins. Ze komen allemaal voor in Blues Op Bezoek. Ook over een aantal festivals uit de jaren zestig en zeventig, zoals American Folk Blues Festival of North Sea Jazz, is informatie terug te vinden.
Wim Verbei wil met zijn epos laten zien dat de Afro-Amerikaanse blues geen onderdeel is van de jazz, zoals journalisten in de twintigste eeuw claimden. Maar dat het een eigen genre is en tevens de kern is van veel andere genres. Witte blues kun je dan beschouwen als een aftakking van deze originele blues. Hij hoopt dat zijn boek als zowel naslagwerk als geschiedschrijving zal dienen en daardoor nog lang zal meegaan.
Blues Op Bezoek is geschreven door Wim Verbei
is verschenen bij Uitgeverij In De Knipscheer