De definitieve stalling met plaats voor 54 trams komt naar alle waarschijnlijkheid op de Oostpunt van het Zeeburgereiland. Dit is het resultaat van een uitgebreide variantenafweging. Deze plek ligt wat verder af van huidige en toekomstige woonbuurten. Een tramstalling op deze plek heeft daardoor minder gevolgen voor de leefbaarheid van de buurt(en), dan een stalling in Baaibuurt -en in Baaibuurt-Oost.

Een tramstalling op de Oostpunt, biedt onder andere door de ligging aan de A10, de meeste kansen voor een combinatie met andere functies, zoals bijvoorbeeld een groen dak of een logistieke hub op het dak van de tramstalling. Dit zou een centrale plek voor opslag/overslag van goederen kunnen worden.

Een nieuwe, definitieve IJtramstalling is nodig omdat het aantal trams op lijn 26, de IJtram, uitgebreid moet worden. De tram gaat vaker rijden, naar maximaal 15 gekoppelde trams per uur. Dat betekent dat er in de toekomst iedere 4 minuten, per rijrichting, een tram rijdt. Zo blijven ook nieuwe woningen goed bereikbaar met het openbaar vervoer. De nieuwe stalling moet de huidige, tijdelijke IJtramstalling op Zeeburgereiland vervangen.

De huidige tramstalling ligt in de open lucht in Baaibuurt-Oost. Met 32 opstelplaatsen is er de komende 10 jaar nog voldoende ruimte voor de IJtram. Deze langgerekte stalling vormt nu een scheiding tussen de verschillende woonbuurten. Verder is de tramstalling niet goed ingericht. Zo is er weinig ruimte om rond te rijden in de stalling als er bijvoorbeeld een tram kapot is. Het is niet mogelijk om richting de binnenstad de stalling in en uit te rijden. Ook wordt rekening gehouden met een extra tramlijn van de Indische Buurt naar Zeeburgereiland (Sluisbuurt), die in de toekomst mogelijk wordt aangelegd.

Dit najaar stelt gemeenteraad de plek waar de stalling gaat komen vast. De uitvoering van de uiteindelijke plannen start op zijn vroegst vanaf 2029. Dat betekent dat het nog tien jaar of langer kan duren voordat de nieuwe stalling er ook echt staat.