Zijn eerste boek gaf hij uit in eigen beheer. Pas toen hij een uitgever gevonden had voor zijn tweede boek kwam hij erachter dat het thema precies paste bij de kinderboekenweek. In De vos, de uil en de mol – de race tegen het vervuilde bos proberen die drie dieren het bos te redden. Maak kennis met de schrijver Arif Oemar uit de Indische Buurt. Hij is 13 jaar.
Martien van Oorsouw | Foto’s Will de Jong
Met een echte happening werd donderdag 13 oktober De vos, de uil en de mol gepresenteerd in de Oba aan het Javaplein. Er waren toespraken, Arif las voor, hij werd geïnterviewd en een vriend rapte, Adje van het Padje. Zijn zusje overhandigde het eerste exemplaar van het boek. De verhalen van zijn opa zijn een van zijn inspiratiebronnen.
Arif wandelde veel met zijn opa door de jungle. ‘Na het avondeten had hij de gekste verhalen. Opa mocht niet zwemmen van zijn moeder in een gevaarlijke beek. Hij deed het toch. Op een gegeven moment voelde hij iets aan zijn been. Vast een plankje, dacht hij. Maar een krokodil had zijn voet afgebeten. Jagers zijn de krokodil gaan vangen en hebben er krokodillensaté van gemaakt.’ In werkelijkheid verloor opa zijn voet door diabetes, maar wilde hij Arif waarschuwen voor de gevaren van de jungle.
Waar gaat het boek over?
‘Het boek gaat over dieren die in een slechte situatie leven. Overal ligt afval. Dat probleem proberen de drie dieren op te lossen. Alle drie hebben ze, hoe zeg je dat, verschillende meemakingen, ze beleven alle drie een avontuur. Veel meer kan ik er niet over verklappen. Ik kan wel zeggen dat het spannend is, er gebeurt altijd wel iets.’
Waar heb je schrijven geleerd?
‘Bij Studio 52nd. Daar heb ik vooral geleerd dat voor een toneelstuk een conflict nodig is. Het publiek moet voelen wat jij voelt. De personages hebben doelen, angsten, dingen die ze goed kunnen. De vos is bijvoorbeeld een leider, maar hij is bang voor water. Daar kun je dan leuk mee spelen. Het boek heeft veel cliffhangers.’
Gerda van ‘t Hoff was zijn schrijfbuddy bij Studio 52nd. ‘We hebben uitstapjes gemaakt, musea bezocht. Zijn eerste toneelstuk was gebaseerd op De anatomische les van Rembrandt. Toen corona kwam, konden we niet meer zo veel doen. We bleven contact houden en zijn gaan schrijven. Op basis van onze wandelingen in het Flevopark heeft Arif een toneelstuk geschreven, Fuutje en Meerkoet.’
‘Eigenlijk ben ik meer een verhalenverteller dan een schrijver. Ik heb een half jaar aan het boek geschreven. Schrijven is wel leuk om even te doen, maar ik wil wel meer bewegen. Ik kan niet stilzitten.’ Arif zit in de tweede klas van College de Meer, wil iets met sport gaan doen. Hij heeft nog geen concreet idee voor een nieuw boek.
Waarom heb je dit boek geschreven?
‘De bedoeling is dat mensen niet zo veel rommel moeten maken en dat ze dieren met rust moeten laten. Je moet leren dat je geen afval moet maken. Je kunt wel denken dat je goed bezig bent als je een salade eet, maar als je de verpakking weggooit, komt die in zee terecht. Zo’n plastic bakje wordt 100 en zwerft steeds in zee. Daar zijn duizend dieren aan doodgegaan. Jij bent ook al dood, maar je kleinkinderen krijgen dat plastic binnen als ze vis eten. Alles kan fout gaan als je verpakkingen weggooit.’
Arif is nu te oud om aan de theaterlessen van Studio 52nd mee te doen, maar hij is er nog wel bij betrokken. Af en toe helpt hij bij andere projecten of presentaties.
Heb je nog een boodschap aan de lezers van oost-online?
‘Koop m’n boek en geniet van het lezen!’