Daar is ze weer, de fotograaf die ik een paar weken eerder op dezelfde plek tegenkwam. Ik herken haar aan de sjofele kleding en de plastic AH-tas. Dit keer staat ze met een mobiele telefoon in haar hand iets in te spreken, zo lijkt het. Ik zeg haar gedag en loop door naar een bankje om mijn koffie te drinken en de krant te lezen. Maar zoals ik wel verwacht, komt ze aanlopen en begint weer tegen mij te praten. ‘Ik heb gezongen onder de brug, daar klinkt het zo lekker. En ik heb het opgenomen, wilt u het horen?’
Ach ja, dat wil ik wel. Ze drukt op een paar knopjes en duwt haar mobiele telefoon in mijn hand, waar het verhaal begint met een lange verhandeling over graffiti in de stad. Ondertussen komen heel traag beelden voorbij van vage graffiti tekeningen, waar niet echt een meesterhand aan te pas is gekomen. Er lijkt geen eind aan te komen en ik vraag wanneer haar zingen begint.
‘Ik spoel wel even door’, zegt ze zelfverzekerd en neemt de telefoon weer van mij over. Maar dat lijkt ingewikkelder dan ze doet voorkomen. Ik probeer op afstand te blijven en wacht af. ‘Oeps, nee, zo werkt het niet, shit, oooh, dat gaat ook niet.’ Het lukt niet en we besluiten om het erbij te laten, ik ben ook niet handig met die dingen en zover gaat mijn interesse in haar zangprestaties nou ook weer niet.
‘Goh, u zit aan de koffie zie ik, waar hebt u dat gehaald?’ Ik wijs haar de weg naar het Bakhuys, maar ze vervolgt, ‘Ja, dat zou ik ook wel willen, maar ik heb geen geld.’ Ik denk even na, ik hou niet zo van bedelen. Maar ik gun haar wel een kop koffie. ‘Ik zal eens kijken of ik kleingeld heb, ik betaal tegenwoordig alles met mijn bankpasje.’ En ja hoor, er zitten nog een paar euromunten in mijn portemonnee en ik geef haar 3 euro, ik weet dat de koffie 2,90 euro kost. ‘Is dat wel genoeg?’, vraagt ze terwijl ze naar de twee munten staart. Ik geef er nog een euro bij, dan weet ik zeker dat het genoeg zal zijn. Ik wil nog even een artikel in de krant lezen en dat begrijpt ze.
‘Dank u wel lieve mevrouw’, zegt ze terwijl ze weg sjokt. ‘Graag gedaan hoor en geniet maar lekker van je koffie’, roep ik haar na.
‘Lieve mevrouw’… Het blijft nog even hangen in mijn hoofd voor ik verder lees. Mijn dag is weer goed.