Op begraafplaatsen groeien vaak prachtige bomen, ook op De Nieuwe Ooster is dat het geval. Er zit zelfs een heel verhaal achter, het is een aboretum. We spraken tussen de bomen met Johan Mullenders en Tanneke den Blaauwen.
Johanna Kroon
Wat is het verschil tussen een verzameling bomen en een arboretum?
‘Er is geen verschil, het zijn allemaal bomen’, legt Johan Mullenders uit. Hij is de bomenman van de begraafplaats en oprichter van Stichting Arboretum De Nieuwe Ooster. ‘Maar naarmate er meer moeite gedaan is om een bijzondere bomenverzameling te presenteren zul je eerder spreken van een arboretum. Een bos dat ontstaan is door zaailingen die zijn komen aanwaaien is dus geen arboretum. Maar als een verzameling bomen is aangelegd met een bepaalde gedachte erachter, dan begint het al op een arboretum te lijken.’
Als er dan ook nog publiek mag komen kijken. Als er een visie is op wat er wel en niet in het arboretum thuishoort. Als er een beheerder is en een lijst van alle bomen. Als er tenslotte ook bordjes bij de bomen staan, dan mag het van de Nederlandse Dendrologische Vereniging een arboretum heten.
Sinds wanneer is de Ooster een officieel erkend arboretum?
Johan: ‘Ik werk hier dertig jaar en in 2004 heb ik een bescheiden bordje aan de poort opgehangen dat we ons een arboretum mogen noemen. Er is toen een stichting opgericht om het park als arboretum te promoten. Ik maakte een bomenroute en zag steeds meer mensen met die routebeschrijving lopen. Een van hen was Tanneke den Blaauwen, die ik meteen heb aangesproken. Zij is nu voorzitter van de Stichting Arboretum De Nieuwe Ooster. Inmiddels hebben we veel vrijwilligers, donateurs en sponsoren van bomen.
Welke gedachte zit er achter het Arboretum De Nieuwe Ooster?
‘Wij zijn in de eerste plaats een begraafplaats’, legt Johan uit. ‘Ik wil dat mensen die hier rondlopen, ook al hebben ze geen enkel verstand van bomen, toch gegrepen worden door alle verschillen in kleuren, vormen vruchten, geuren en stamtekeningen.’
Tuinarchitect Springer, die het park 130 jaar geleden heeft ontworpen, heeft bij de aanleg al meteen voor een heel bijzondere collectie bomen gezorgd. Hij was zelf ook dendroloog. Hij wilde toen al een arboretum aanleggen, maar de gemeente zag dat niet zitten. Tanneke: ‘Het esthetisch genoegen is het belangrijkste, en daarnaast wil je natuurlijk ook een mooie collectie hebben. Het arboretum is een beetje van Springer en een beetje van Johan.’
Hoe is het voor een boom om hier te staan in plaats van in een Amsterdamse straat?
‘Voor een boom is het hier heerlijk: geen verkeer, geen drukte, de grond is hier veel losser dan in een straat waar steeds zwaar verkeer overheen dendert’, zegt Johan. ‘Daarom vind je de mooiste bomen ook altijd op begraafplaatsen en in parken. Wat het hier zo aantrekkelijk maakt, is dat we hier zoveel verschillende bomen hebben. Dat zorgt voor een gevarieerde biotoop. Immers, hoe meer verschillende bomen, hoe meer verschillende vruchten, dus hoe meer verschillende rupsen en hoe meer verschillende vogels.’
Wat doen de vrijwilligers?
Tanneke: ‘Bomen groeien hard, dus er is altijd wat te doen. Ook dingen waar je misschien niet zo snel aan denkt: de naambordjes die op de bomen hangen moeten worden gepoetst. En ieder jaar moeten er langere touwtjes in, want de bomen blijven in de breedte uitdijen. Een keer in de zes weken komen we bij elkaar en gaan we aan het werk. Er komen vooral mensen op af die graag buiten willen zijn en zelf geen tuin hebben. En het is altijd erg gezellig. We hebben nu dertig vrijwilligers, maar we kunnen altijd meer mensen gebruiken.’
Wat hebben jullie in de aanbieding voor mensen die hier meer over willen weten?
‘Elke eerste zondag van de maand is er een rondleiding, en twee keer per jaar geven we een winterbomencursus waar je leert om bomen te herkennen als er geen blad of bloem aan zit’, licht Johan toe. ‘In het voorjaar is er een cursus waar je bomen leert herkennen aan hun blad of bloem. Het zit altijd vol en soms is er zelfs een wachtlijst.’ ‘Met de vrijwilligers hebben we verschillende themawandelingen uitgezet’, vult Tanneke aan. ‘Zo is er een winterwandeling, een winterbloeiwandeling, een iepenwandeling en een coniferenwandeling. Een knoppenwandeling is in de maak, en er komt er ook een over mossen en korstmossen.’
‘We merken dat mensen steeds meer de waarde zien van bomen en groen, we hoeven het bijna niet meer uit te leggen’, zegt Johan. ‘Laat vooral weten dat dit een openbaar park is, iedereen is welkom, op elk moment dat het hek open is’, besluit Tanneke.
Bij de ingangen aan de Kruislaan 126 en de Rozenburglaan 5-7 staan informatieborden en in de bakjes daaronder kun je een wandeling op papier meenemen. De themawandelingen kun je downloaden via de website van Stichting Arboretum De Nieuwe Ooster. Daar is ook informatie over het vrijwilligerswerk te vinden.