De huurachterstand bij woningcorporatie Ymere is gedaald tot ruim onder de één procent. Gezien de economische ontwikkelingen, sterk gestegen inflatie en toegenomen kosten voor levensonderhoud is dit opmerkelijk. In stadsdeel Oost zakte de huurachterstand zelfs met ruim een derde: van 1,46 procent in 2021 naar 0,93 procent in juni 2023.

In alle regio’s waar Ymere actief is, liep de huurachterstand behoorlijk terug, naar een gemiddelde van 0,90 procent. Dit is des te meer een bijzondere ontwikkeling, omdat Ymere in tegenstelling tot andere corporaties zaken als bedrijfsonroerendgoed en de wettelijke schuldsanering in deze berekening mee neemt.

‘Een huis dat ook een thuis is, vormt de basis van een gelukkig leven’, legt Daniëlle Frijhoff van Ymere uit. ‘Daarom doen we er ook alles aan om ervoor te zorgen dat huurders die moeite hebben de financiële eindjes aan elkaar te knopen, ‘gewoon’ kunnen blijven wonen.’

‘Achter deze koele cijfers zitten echte gezichten van bewoners en gezinnen’, legt Frijhof uit. ‘Dit zijn vaak mensen die altijd keurig hun huur betaalden, maar door pech of tegenslag in de problemen kwamen en een huurbetaling misten. We gaan dan direct bellen. Dan leggen we uit dat de huur nog niet binnen is, vragen we hoe dat komt, geven advies en bieden actief hulp aan.’

De intensieve aanpak van Ymere werpt nu z’n vruchten af, zo blijkt uit analyse van de cijfers. Voor het eerst is het aantal huurders met een betalingsachterstand lager dan 1 procent: van 1,28 procent in 2021 naar 0,90 procent in juni van dit jaar.