Home Overzicht Narcistisch gezweefteef of een wondermiddel?

Narcistisch gezweefteef of een wondermiddel?

0

‘Het etentje was leuk en ík was heel leuk,’ antwoord ik mijn moeder door de telefoon. Heb jij ooit zoiets gezegd? Voor mij is dit de eerste keer. Mijn moeder zegt: ‘Maar kind, jij bent altijd leuk’. We zijn even stil en ik hoor een bouwvakker die een tramrails vervangt, zingen. Ik heb nooit begrepen waarom Amsterdamse straten om de haverklap openliggen. Het komt mij nu goed uit, omdat ik me schaam voor mijn trotse uitspraak. Door het lawaai van het boren en het valse gezang heeft niemand die kunnen horen, denk ik.

Voorheen dacht ik na een etentje altijd aan wat ik ‘fout’ had gedaan. Het leven was voor mij niets meer dan een poging om mezelf te verbeteren door heel kritisch te zijn op mezelf. Hier is een einde aan gekomen toen ik onlangs las over een waar wondermiddel: zelfcompassie. Eerst wilde ik het boek dichtslaan. Ik dacht dat ik van zelfcompassie een luie, passieve en narcistische zweefteef zou worden. Niets is minder waar!

Zelfcompassie is het beoefenen van een liefdevolle houding naar jezelf. Je wordt je eigen vriend in plaats van je eigen vijand. Door zelfcompassie word je er bewuster van dat falen en lijden bij élk leven hoort. Je keurt jezelf niet ook nog af omdat je faalt of lijdt.

Stel je voor dat je beste vriendin je opbelt en vertelt dat haar vriend haar verlaten heeft. Zou je zeggen dat het logisch is dat hij het heeft uitgemaakt, omdat ze zo egoïstisch, saai, afhankelijk, lelijk en onsympathiek is? Zou je zeggen dat ze de zoektocht naar liefde moet opgeven omdat ze nooit iemand zal vinden die haar liefheeft? Nee, dat zeg je natuurlijk niet. Waarom praat je dan wel zo tegen jezelf in zo’n situatie?

Het is wetenschappelijk bewezen dat mensen door toename van zelfcompassie veerkrachtiger worden en meer hardlopen terwijl ze marsjes en chips vaker links laten liggen. Bovendien hebben mensen met zelfcompassie hogere persoonlijke standaarden. Ze straffen zichzelf niet af wanneer ze falen, waardoor ze eerder geneigd zijn iets nogmaals te proberen.

Het valse gezang is ondertussen gestopt en een andere bouwvakker fluit naar me, ik kijk op en glimlach. Sinds ik met zelfcompassie bezig ben, voel ik me net als de straat die openligt. Ik kan niet langer over mezelf heen lopen, ik ben onder constructie om niets meer dan mezelf te worden.