Oud Nieuws | In 1905 opent aan het Nieuwe Diep een zwembad, dat in eerste instantie alleen voor mannen bedoeld is. Het is geopend van 5 uur ‘s ochtends tot een half uur voor zonsondergang. Baden is in principe gratis. Ook wordt van de inrichting gebruikgemaakt door militairen van het garnizoen in Oost. Als bad- en zwemmeester wordt aangesteld P.L. Langenberg. Het is de Derde Openbare Bad- en Zweminrichting van de stad.
In hetzelfde jaar wordt een politiek voorstel ter verplaatsing van de badinrichting aan het Nieuwe Diep naar de Dijksgracht gedaan. Oorzaak is de wens om tot een gecombineerde inrichting voor mannen en vrouwen te komen. Ook zou het bad te afgelegen zijn en weinig bezoekers hebben. Dit voorstel haalt het echter niet in de raad. Een stadsgedeelte, aldus B & W, dat, gelijk de Indische Buurt, zich sterk uitbreidt en hoofdzakelijk door arbeiders wordt bewoond, zal toch op den duur niet zonder openbare bad- en zweminrichting kunnen blijven. Wel wordt besloten om tot de bouw van een nieuwe zweminrichting voor vrouwen aan de Dijksgracht over te gaan.
In 1917 wordt de zweminrichting voor vrouwen aan de Dijksgracht gesloten en is de zweminrichting aan het Nieuwe Diep voortaan geopend voor mannen en vrouwen. Badmeesteres wordt M. van Breederoode – Beidtschat. Er bestaat in de (gratis) zweminrichting inmiddels ook de mogelijkheid kosteloos zwemmen te leren. Vele kinderen en ook volwassenen maken hier gebruik van. Regelmatig wordt hier in de media lofprijzend over gesproken, met name wanneer jeugdigen te water raken die dan vervolgens niet verdrinken, omdat ze aan het Nieuwe Diep de zwemkunst meester zijn geraakt. De zwemlessen worden gegeven door de Amsterdamsche Zwemclub (sinds 1870) en er zijn hele wachtlijsten.
Op initiatief van wethouder S.R. de Miranda (S.D.A.P.) worden in 1922 zwemwedstrijden gehouden voor degenen die een gemeentelijk zwemdiploma behaald hebben. De opkomst is enorm. Op hoger sportief niveau zijn de wedstrijden die door de Amsterdamsche Turnbond worden gehouden in het zwembad. Ook geven de Amsterdamsche Reddingsbrigade en Zwemvereeniging Het IJ demonstraties van hun kunnen. Het gaat hier met name om schoonspringen en verschillende zwemslagen. Bijzonder is het optreden van de Egyptische olympische schoonspringer Abdul Moktar in 1928.
De zweminrichting aan het Nieuwe Diep wordt steeds intensiever bezocht door het gewone, niet-professioneel zwemmend publiek. Een ondernemer start in de jaren twintig een particulier buslijntje van het spoorviaduct bij de Zeeburgerdijk naar het zwembad. Steeds meer vrouwen ook bezoeken de inrichting. In 1936 wordt daarom de kleedgelegenheid voor vrouwen sterk uitgebreid.
Het zwembad trekt niet alleen waterratten aan, maar ook gewone ratten. In de jaren dertig loopt het wat ratten betreft zo uit de hand, dat de gemeente vindt dat ‘ontratting’ van de zweminrichting dringend noodzakelijk is. Hiervoor wordt een bedrag van 7.000 gulden beschikbaar gesteld.
Langzaam maar zeker begint een zeker verval op te treden. Toch weet de zweminrichting het nog tot in de jaren zestig vol te houden, ook al is er dan inmiddels niet alleen sprake van verkrotting, maar ook van toenemende vervuiling van het buitenwater door de voorzettende industrialisatie. Al in 1942 spreekt de Amsterdamse wethouder van onderwijs, dr. J.Smit (N.S.B.), bij de opening van het badhuis op het Javaplein over plannen om de buurt ‘een mooi groot strandbad’ te geven, waarvoor de locatie al is uitgezocht. Pas in 1965 wordt uiteindelijk de bouw van een nieuw zwembad aanbesteed: het Flevobad. Dit wordt in het voorjaar van 1967 geopend.
Met dank aan Rogier Schravendeel | Foto Stadsarchief