Het Diemerpark is een van de jongste en grootste parken van Amsterdam. Het Vondelpark past er bijna twee keer in. Waar ooit een vuilstortplaats lag, ligt nu een natuurgebied dat veel bijzondere flora en fauna herbergt. Deel 6 in een serie.

Parken in Oost deel 6 | Anne-Mariken Raukema | Foto’s Paulina Renaud en Anne-Mariken Raukema

Het Diemerpark loopt parallel aan het Amsterdam-Rijnkanaal; het fietspad over de Diemerzeedijk verbindt Amsterdam met Muiden. Deze dijk werd in de twaalfde eeuw aangelegd om het achterland tegen het water te beschermen. In 2004 werd het park geopend. Een jaar daarvoor kwamen Kees Lakerveld en Leen Pauwels op IJburg wonen. Eind 2011 richtte Lakerveld met twee anderen het comité Hou Diemerpark Groen op; niet veel later werd dat, in navolging van andere verenigingen vrienden van parken omgezet in de Vereniging Vrienden van het Diemerpark.

Het Diemerpark is – net als de Brettenzone en de Oeverlanden – een natuurpark. Het is een struinzone, oftewel een ruigtegebied met weinig paden. Wandelaars mogen door de beplanting struinen. De strook vlak langs het Amsterdam-Rijnkanaal, het binnendijks (ARK)gebied ligt lager dan de rest van het Diemerpark en mag niet worden betreden. Het is een ecologische verbindingszone tussen Gooi en Waterland.

De aanleg van het Amsterdam-Rijnkanaal in 1892 (dat toen Merwedekanaal heette) zorgde ervoor dat de Diemerzeedijk vrij geïsoleerd van Amsterdam kwam te liggen. In 1932 sloot de Afsluitdijk voorgoed de Zuiderzee af en ontstond op het buitendijkse land een weelderig natuurgebied met heuvels, dalen, waterstroompjes en een gevarieerde bodem. In het binnendijks gebied stonden boerderijen.

Van stortplaats naar natuur
In de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw werd in het westelijk deel huisvuil uit heel Amsterdam gestort. In het midden bouwpuin en op de dijk werd chemisch afval verbrand. De Diemerzeedijk werd een van de meest vervuilde gebieden van Nederland. In 1973 kwam een einde aan de vuilverbranding en tien jaar later werd de stortplaats gesloten. Omdat sindsdien het gebied niet meer toegankelijk voor publiek was, kon de natuur zich optimaal ontwikkelen en vestigden er zich veel soorten zoogdieren en vogels. Alleen een enkele vogelaar bezocht het gebied.

In 1996 stemde de gemeenteraad in met de aanleg van IJburg. De vervuilde grond werd niet afgegraven, er werd een isolerende laag, afgedekt met een ‘leeflaag’ van grond over de heuvelachtige stortplaats gelegd. Er vormde zich een humuslaag, waar een grote variatie aan planten groeide. Zo ontstond een ruig gebied met meer dan honderd vogelsoorten, maar ook vossen, vleermuizen, hermelijnen, reeën en de zeldzame ringslang. Daarnaast telden ecologen meer dan tweehonderd plantensoorten, waaronder heel zeldzame.

Elk seizoen kent zijn bekoring en elke maand verandert het kleurenpalet. Pauwels: ‘Het voorjaar begint geel, gaandeweg gaat dat over in lila, blauw, paars en rood.’ In de ecologische verbindingszone komen de vos, de ringslang en de zeldzame rugstreeppad voor. Het Diemerpark is het meest vogelrijke park van Amsterdam, met maar liefst 81 verschillende soorten broedvogels, waaronder de sprinkhaanzanger, blauwborst en nachtegaal. ‘Maar het aantal zeldzame broedvogels neemt wel af.’

Parkeren
Aanvankelijk was het gebied alleen als park ingericht, met drie in elkaar overlopende zones. Aan de oostelijke zijde kan de natuur zijn gang gaan. Het midden is heuvelachtig en aan de westkant werd al snel een sportcomplex aangelegd. De voetbal- en hockeyvelden zijn groen, maar dat is plastic.

Een doorn in het oog waren en zijn nog steeds de auto’s die op zaterdag bij de sportvelden geparkeerd worden, veelal van de bezoekende sportclubs. ‘Auto’s horen niet in een natuurgebied’, zegt Lakerveld stellig. ‘Dat was de aanleiding om ons te verenigen.’ In 2011 waren er plannen om het sportveld – dat was er toen één – uit te breiden tot zes velden, met parkeergelegenheid voor honderd auto’s. Met petities en acties is het aantal parkeerplaatsen teruggebracht tot 42. Elke zaterdag staan er zo’n zeventig auto’s. ‘Er wordt niets aan gedaan. Het is een hoofdpijndossier voor de gemeente, maar ze schuiven het zelf steeds voor zich uit. Als het aantal inwoners van IJburg verdubbelt met de aanleg van nieuwe eilanden, moeten daar nieuwe sportvelden komen, niet deze hier verdubbelen.’

Vriendenvereniging
Zo’n 180 betalende leden hebben zich aangesloten, de meesten wonen op IJburg. Behoud en bescherming van het ruige en natuurlijke karakter van het Diemerpark staat bovenaan. Daarnaast wordt voorlichting gegeven over planten en dieren, ontwikkelingen en activiteiten en wordt actief aan natuurbeheer gedaan. Het bestuur is actief waar het gaat om het beïnvloeden van politieke besluitvorming.

Geen festivals, wel gebruikers
Veel IJburgers gebruiken het Diemerpark. Ze fietsen erlangs naar en van hun werk of school, veel mensen laten er hun hond uit, maken er wandelingen. Het gladde asfalt op de Diemerzeedijk is ideaal voor skaters. Maar ook toeristen, dagjesmensen en wielrenners nemen de ‘natuurboulevard’ – de route van het stadscentrum naar Muiden. Bootcampers, joggers, vliegeraars en hardloopclubjes gebruiken het Diemerpark. Het strandje is in de zomer in trek bij badgasten en jonge gezinnen; als het streng vriest bij schaatsers.

Het grote voordeel van de voorgeschiedenis is dat de vervuilde ondergrond van het Diemerpark niet geschikt is voor zware belasting. Daarom worden er geen grote evenementen georganiseerd. Wel vinden een paar keer per jaar wat kleine activiteiten plaats, zoals de avondvierdaagse.

Beheer en onderhoud
De gemeente, lees stadsdeel Oost, is verantwoordelijk voor het onderhoud en het beheer van het Diemerpark. Vanaf het eerste uur probeert het bestuur in gesprek te komen met het stadsdeel, maar dat wordt steeds uitgesteld. Reorganisaties binnen de gemeente komen de continuïteit ook niet ten goede. Lakerveld: ‘We hebben steeds weer met andere beheerders te maken. Intussen hebben we het gevoel niet welkom te zijn, genegeerd te worden. Wel is er samenwerking over de ijsvogelwanden, maar het maai- en snoeibeleid bijvoorbeeld is nog altijd geen onderwerp van gesprek. Wij hebben de kennis en zouden graag meer zeggenschap hebben, maar dat komt niet van de grond.’

Wat gaat goed, wat kan beter?
Pauwels en Lakerveld zijn eensluidend: met de natuur gaat het tot nu toe goed. Die wordt wel bedreigd door de groei van IJburg. Wat beter kan zijn de loslopende honden. Op twee plaatsen mogen honden los rennen, de rest niet. Maar hier wordt niet of nauwelijks op gehandhaafd. ‘We hebben nu met een vertegenwoordiging van hondenbezitters een plan gemaakt voor een groter hondenlosloopgebied, zodat ze in de rest van het park aan de lijn lopen. Het stadsdeel zegt toe dat te gaan handhaven. Maar het dagelijks bestuur moet eerst nog het besluit nemen,’ aldus Lakerveld.
Een ander punt is het afsteken van vuurwerk in het park, ook in het broedseizoen.
Pauwels: ‘En het klimaat is een bedreigende factor. Twee jaar geleden waren delen totaal verdroogd, maar daar hebben we geen of nauwelijks invloed op.’