Het was zo’n zonnige zondag waarop iedereen zorgeloos door het leven lijkt te dansen. Zelfs ik, met mijn Hollandse heupen overwoog een moment een houterig hupje.
Boven het park dansten de vogels en op de begane grond dansten honden voor hun baasje in de hoop dat hij/zij het tennisballetje zou oppakken en wegwerpen zodat de hond er als een pijl uit een boog achteraan kon schieten om hem vervolgens weer terug te brengen.
Bij de muziekkoepel stonden drie vrouwen op Turkse slangenbezweringsmuziek met gespreide armen buikdansbewegingen te oefenen. Zwarte krullende haren wapperden in de wind.
Even verderop langs het water stond een zwarte man met een gettoblaster waaruit reggae muziek klonk, toen ik hem bewegend op het ritme van de muziek passeerde gaf hij me een boks en een vriendelijke grijns.
Uit de muziekkoepel zelf klonk salsa. Daar was een groepje jongeren onder leiding van een docent de bewegingen van deze dans aan het oefenen.
Verderop waren allerhande feestjes met kinderen van waaruit de klanken van K3 overwaaiden. K3, die meisjes met hun hupse dansjes een uitstekend voorbeeld om jengelende kinderen in beweging te krijgen. Bij een van die feestjes stond een jongetje heel hard tegen zijn moeder en zusje te schreeuwen. Maar die negeerden hem allebei, waarop hij hartverscheurend begon te wenen.
Zijn moeder stapte op de kleine druktemaker af toen ze dit onnoemelijk leed waarnam, droogde zijn tranen en maakte een dansje met hem. Zijn zusje haakte in, een troika.
Een dansje voor de vrede.
Daar zouden ze In Rusland nog een voorbeeld aan kunnen nemen