Home Dwars nieuws Alles ging aan flarden

Alles ging aan flarden

0
Via een inzameling werden de Stolpersteine mogelijk gemaakt

In december 2021 stond in Dwars een artikel over de Klaartje de Zwarte-Walvischbrug, de brug in het Oosterpark met deze bijzondere naam. Klaartje de Zwarte-Walvisch was joods en werd in 1943 opgepakt en vond uiteindelijk in Sobibor de dood.

Méland Langeveld

Naar aanleiding van dit artikel is er door Jo Haen en Ron de Wit van de Vrienden van Watergraafsmeer via hun Facebookpagina een inzameling opgestart om voor Klaartje een Stolperstein (struikelsteen) te realiseren. Er komt zo veel geld binnen dat er ook een Struikelsteen voor haar man Joseph de Zwarte kan komen.

Steentjes

Beide steentjes zijn pas onlangs in de Tweede Oosterparkstraat bij nummer 245 geplaatst, dat was hun laatste woonadres. De kleindochter van de zwager van Klaartje is er uit Canada voor overgekomen. Ook zijn twee directe familieleden bij de plaatsing van de steentjes aanwezig. Jo Haen leest een passage uit het dagboek van Klaartje. Het verhaalt de arrestatie van beiden die nogal bruut verloopt. Het dagboek kwam pas rond de eeuwwisseling boven water.

Sadistisch regime

Op 22 maart 1943 is Klaartje opgepakt en afgevoerd naar kamp Vught en later Kamp Westerbork. Al die tijd houdt ze een indringend dagboek bij. Het is een bijzonder document, niet alleen omdat het een schokkende inkijk in het leven in de kampen geeft, maar ook omdat het duidelijk maakt dat de gruwelen te vergelijken zijn met de kampen in Duitsland en Polen. Ook in de Nederlandse kampen is het regime sadistisch en gaan mensen dood aan ontberingen.

‘Elk hartje werd vertrapt, besmeurd…’

Een voorbeeld dat Klaartje in haar dagboek beschrijft, is het kindertransport van 1943: de vrouwen in het kamp krijgen op een avond plotseling veel beter eten voorgeschoteld, en hun mannen – die aan de andere kant van het kamp opgesloten zitten – mogen geheel onverwacht bij ze op bezoek komen. Dat is verdacht, vindt Klaartje. Niet lang daarna krijgen de gevangenen te horen dat alle kinderen jonger dan 16 jaar naar een ander kamp gaan. Het vooruitzicht van je kind gescheiden te worden, drijft veel gevangenen tot waanzin. Klaartje beschrijft hoe een vader zijn kind probeert te wurgen, want ‘liever bracht hij het zelf om het leven dan dat hij het in vreemde handen gaf’.

De beschrijving van het moment van afscheid een paar dagen na de aankondiging, is een van de aangrijpendste passages uit het dagboek: ‘Zoals men weleens onwillekeurig een stukje papier versnippert, zo werden harten en zielen verscheurd en uit elkaar gerukt. Alles ging aan flarden. Alles werd vertrapt. Elk hartje, onverschillig of het klein of groot was, werd vertrapt, besmeurd en onherstelbaar verwoest. Dit was beschaving. Dit was cultuur. Dit was het nieuwe Europa.’

Sobibor

Vlak voordat het transport naar Sobibor uit Westerbork vertrekt geeft Klaartje het dagboek aan haar zwager. Zijn dochter schenkt het na het overlijden van haar vader aan het Joods Historisch Museum, waar het jaren in het archief ligt. Pas in 2009 is ‘Alles ging aan flarden’, het oorlogsdagboek van Klaartje uitgegeven. Klaartje is op 16 juli 1943 bij aankomst in Sobibor vergast.