Mijn leven is en tranendal, een opstapeling van narigheid, tegenslag en ellende. Maar ik blijf desondanks dapper voortploeteren, ik laat me niet uit het veld slaan, leef in het moment, probeer in mijn kracht te staan en over mijn eigen schaduw heen te springen.
Want er zijn altijd lichtpuntjes aan het eind van de tunnel. Zonnestraaltjes. Zo is er in de directe omgeving van mijn donkere en sombere woning een weldaad aan cultuur te beleven. Musea, galeries, bioscopen en dan zijn er ook nog de talloze kunstenaars, schrijvers, muzikanten en andere artistiekelingen die vlak om de hoek wonen en waarmee een praatje altijd even mijn dag opfleurt.
Zo is er bijvoorbeeld Cees Koldijk, de kapitein van de Kadijken en leider van de onvolprezen 4 Tuoze Matroze. Het is altijd een eer en een genoegen om te converseren met de getalenteerde buurtgenoot die regelmatig buitengaats verblijft en zich afgelopen half jaar terugtrok op een onbewoond eiland om een gloednieuwe cd van de 4 Tuoze Matroze te produceren onder de titel ‘Botvieruh’, waarvoor talloze muzikanten per boot werden aangevoerd om een bijdrage te leveren.
Het waren vermoeiende en intensieve opnamen, waarbij geen zee te hoog was, men als wakkere pikbroeken de golven van tegenslag trotseerde en vol goede moed de tegenwind pareerde. Iedereen ging tot het uiterste, waarbij de emoties niet geschuwd werden en somtijds hoog opliepen. Menig traantje werd geplengd. De dood of de gladiolen, om het maar eens in zeemanstermen te zeggen. Of op z’n Amsterdams: Niet lullen maar poetsen. Het uiteindelijke resultaat mag er zijn, en staat als een huis, gereed om de storm te trotseren. De Kapitein, doorgewinterd als hij is, doet dapper zijn ding en weet me als luisteraar wederom in vervoering te brengen