Brian Foster (65) was stomverbaasd toen hij het aanbod kreeg een week lang in viersterrenhotel Regency Hyatt Amsterdam te slapen. In plaats van op zijn vaste bankje in het Beatrixpark sliep de sympathieke, dakloze zeven nachten lang in een tweepersoonsbed, inclusief roomservice en televisie. ‘Ik had al meer dan twintig jaar geen tv gekeken en wist niet wat ik zag!’
Hester Aalberts
Ruim een jaar geleden ging Nederland op slot vanwege corona en sloot onze sportschool. Daarom deed ik met enkele sportschoolmaatjes ‘s morgens vroeg oefeningen bij het Beatrixbadje. Op een van de bankjes zagen we elke dag een hoopje mens zitten, voorovergebogen in een verschoten jas, gezicht verstopt in een grote capuchon. Soms sliep het hoopje nog en luisterde ik stiekem of ik een ademhaling hoorde. In de capuchon zag ik een sympathiek hoofd met een stoppelbaard.
Op een koude morgen renden we onze rondjes om het badje toen de man ineens naar ons riep: ‘You are my heroes!’ We merkten dat we niet goed wisten wat we met zijn begroeting moesten. Gevoelsmatig kwam hij uit een ander universum.
Na het sporten drinken we altijd een koffie bij Bea, de kiosk van Nicole. We besloten de dakloze man te vragen of hij ook wat wilde.
Inmiddels zijn we een jaar verder. Brian – want zo heet ‘het hoopje mens’ – is inmiddels een goede bekende. Wekelijks nemen we wat boterhammen voor hem mee en drinken gezamenlijk koffie. ‘This is the highlight of my week.’ De napraatsessies zijn langer geworden sinds hij is aangehaakt. Hij is namelijk een denker en deelt zijn filosofieën graag. Afgelopen kerstavond kreeg hij een speciaal menu; makkelijk te kauwen, want geen tanden. De wijn sloeg hij af: ‘Alcohol gives us bums a bad name,’ Ook zijn 65ste verjaardag vierden we (uiteraard coronaproof) gezamenlijk. Door een crowdfundactie waren we in staat hem een hele warme jas te geven, met het oog op de naderende winter.
Februari werd bar koud. Stadsgenoot Marnix Geus vroeg via crowdfunding een bijdrage om zijn dakloze Paul een nacht in een simpel hotel onder te kunnen brengen. De actie bracht € 30.000 op, waardoor ook andere daklozen van straat konden worden gehaald.
En zo kwam het dat ik op een ijskoude namiddag in februari mijn fiets parkeer bij het Hyatt Regency Hotel in Oost en me meld bij de receptie. ‘Mister Foster, you have a visitor.’ Samen met Brian loop ik door de immens lange gangen die ook hem blijkbaar aan The Shining doen denken. ‘Here’s Johnny!’, zegt hij grijnzend. De kamer heeft niet alleen een gigantische bed – ‘Brian, wil je even poseren voor de foto?’ – maar ook een eigen badkamer en een flatscreen. ‘En we krijgen drie keer per dag een maaltijdbox’. Behalve Brian zijn er nog enkele daklozen te gast in het hotel. Veel zien ze elkaar niet: ‘Ik zit vooral televisie te kijken. Dat heb ik al meer dan twintig jaar niet gedaan en ik weet niet wat ik zie! Al die felle kleuren!’
Een week later zie ik Brian weer in het park bij het badje, opgewekt als altijd. Vanwege de avondklok – iedereen moet van straat – slaapt hij nu bij inloophuis Makom, een initiatief van De Regenbooggroep. Mist hij het viersterrenhotel? ‘Nou, ik ben ook ontzettend blij met alle hulp van Makom hoor! Maar het was wel fijn om even niet naar het gesnurk van de anderen te hoeven luisteren!’
Inloophuis Makom kan altijd donaties en vrijwilligers gebruiken.Â
- Naschrift van de auteur
Regency Hyatt Amsterdam stuurde mij nog een berichtje: ‘And this is just the beginning …’ Dus mogelijk krijgt dit verhaal nog een vervolg. Â
 Â