Home Overzicht Dinosaur Jr. in Q-Factory: zagen we J Mascis nu even lachen…?

Dinosaur Jr. in Q-Factory: zagen we J Mascis nu even lachen…?

0

Toch knap dat je als band een zaal volledig op zijn kop kan zetten terwijl je frontman er de hele avond als een zoutpilaar bij staat. Dat lukt alleen als je zo ongelooflijk niet te beschrijven cool bent als J Mascis. In de propvolle grote zaal van de Q-Factory worden jong en oud deze vrijdagavond getrakteerd op een verpletterend optreden van Dinosaur Jr., het rocktrio dat door Mascis zelf wordt omschreven als zijn disfunctionele familie.

Hester Aalberts | Foto’s Hub Dautzenberg

Bassist Lou Barlow, verscholen achter een immense bos krullen en een baard, heeft er zin in: ‘Goedenavond, dank je wel. Very nice to be back in the Netherlands.’ Mascis slaat geen acht op hem en stemt luid zijn gitaar. Murph maakt snel nog even wat foto’s van de zaal voor hij zich installeert achter zijn drumstel. Iemand van de crew zet een bordje op de grond bij het pedal board van Mascis. Hij zal dit blijven doen, want de ontluisterende waarheid lijkt te zijn dat de zanger zijn eigen teksten niet kent.

The Lung, het gebruikelijke openingsnummer van deze toer, bijt voorspelbaar het spits af van een gemêleerde setlist. Er komen nummers langs van alle studioalbums van de afgelopen 37 jaar, uitgezonderd van Farm en Whatever’s Cool With Me. Alhoewel Mascis zijn skateboardende bulldog Beefy, die beeldvullend op de hoes staat van die laatste, wel een prominente rol heeft in de waanzinnige projecties op de achtergrond. Wie de band langer volgt, ziet vrijwel hun hele geschiedenis in die projecties voorbij trekken, helemaal tot aan Amherst toe.

Murph hapert even bij de aanhef van Little Fury Things, waarvan hij zichtbaar baalt, om er vervolgens des te harder in te gaan. Intussen komt de zaal snel los. Barlow, die de hele avond als een headbangende muppet tekeergaat, dankt de zaal uitbundig: ‘You guys move! So far we only had audiences that just stood there and watched us’.

Opvallend is dat de nummers van het laatste album Sweep It Into Space uit 2021 ook allemaal al goed vallen. In de inmiddels ontstane moshpit spotten we vooral twintigers met Tramhaus-shirts, -snorren en -matjes. De invloed van Mascis en zijn band heeft overduidelijk zijn weg gevonden naar een nieuwe generatie. Maar als The Wagon wordt ingezet, en daarna Freakscene, volgen de fans van het eerste uur alsnog en gaat het vooraan compleet los. Zagen we daar nu heel even een zweem van een glimlach bij Mascis?

De meeste nummers hebben een langgerekt einde, zo ook Mountain Man met z’n mooie outro, die klinkt alsof er een Boeing tergend traag van de grond komt. Zo niet het laatste nummer Just Like Heaven, de enige cover ooit die de goedkeuring van Robert Smith kon wegdragen, dat abrupt lijkt te worden afgebroken. ‘I’m telling you, it’s rough but no goodbye.’

Gezien op 28 oktober 2022 in Q-Factory
Verslag eerder gepubliceerd in Oor