In het Planetarium van Artis geen sterren of planeten op het plafond van de koepel, maar een reiger. Reiger Ad, welteverstaan, die met brede vleugels en heldere ogen de kinderen meeneemt op reis. ‘Ik vlieg jullie mee langs de dieren van Artis’, De zaal zit vol kinderen en belangstellenden, ze kruipen op de rand van hun stoelen. Een boekpresentatie begint niet vaak zo.
Arie Martijn Schenk
Achter Reiger Ad schuilt poppenspeler Egon Adel. Zijn optreden luidt de presentatie in van Gieren met de pinguïns, het nieuwe kinderboek van Artis-dierverzorger Job van Tol. Een dag in de dierentuin, door de ogen van een verzorger – dát belooft het boek. En wie beter dan Van Tol om dat verhaal te vertellen? Hij kwam als kleuter al in Artis en droomde van een baan tussen de dieren. En hij maakte die droom waar.
Job wijst tijdens de presentatie op het belang van dierentuinen voor natuurbehoud. De Afrikaanse pinguïn telt nog maar zo’n twintigduizend dieren, terwijl er honderd jaar geleden nog miljoenen rondliepen. De vale gier krijgt dankzij herintroductieprojecten opnieuw vleugels in het wild. Allemaal dankzij Artis.
Naast Van Tol staan zijn vaste partners in beeld: illustrator Annemiek Schellenbach en fotograaf Ronald van Weeren. Schellenbach bedankt de schrijver voor zijn levendige taal. ‘Elk hoofdstuk voelt alsof ik erbij sta’, zegt ze. Haar favoriete dier? De giraf. Voor fotograaf Van Weeren hoeft het niet per se een groot dier te zijn. ‘De juweelwesp heeft alles’, zegt hij met een glimlach. ‘En liefst geen mensen op de foto, maar dat blijft altijd een uitdaging.’
Dan neemt de Amsterdamse kinderburgemeester Rüya het eerste exemplaar in ontvangst. In haar hand ligt een boek vol pinguïns, giraffen, olifanten – en de vliegende reiger. Geen saaie les over verzorging, maar een boek vol avonturen, waarachter echte verhalen schuilgaan.
Aan het eind klinkt nog een bedankje aan de échte sterren van Artis. ‘Dank aan mijn collega-dierenverzorgers’, zegt Van Tol. ‘Zij zorgen ervoor dat ik elke dag met een glimlach naar mijn werk ga en dat ik inspiratie heb voor mijn verhalen.’
