Op de Fré Cohenbrug, die de Middenweg met de Zaaiersweg verbindt, hangt nu een naambord en een informatiepaneel die herinneren aan de bijzondere en veelzijdige grafisch kunstenares. Zij werd geboren in de Blasiusstraat en heeft een tijdje aan de Zaaiersweg gewoond, toen Betondorp nog nieuwbouw was. We kennen Fré Cohen van een indrukwekkende expositie in Museum Het Schip, een paar jaar geleden.
Anne-Mariken Raukema | Foto’s Museum Het Schip en Anne-Mariken Raukema
Wethouder Marjolein Moorman onthulde met de voorzitter van de PvdA afdeling Overijssel, het herinneringsbord. Ze herinnerde aan het belang van Fré Cohen. Zaterdag 8 maart is internationale vrouwendag en als iemand haar mannetje stond was dat Fré Cohen wel. De wethouder herinnerde aan een periode waarin vrouwelijke kunstenaars als welwillende amateurs werden beschouwd, niet als vakvrouw. De jonge Cohen was op de grafische school dan ook het enige meisje.
[su_panel background=”#f4fde9″ border=”2px none ” shadow=”0px 1px 1px #eeeeee” radius=”5″]Podcast over Fré Cohen
Op ‘Weet u wie ze was?’ van het Amsterdam Museum staat een podcast over Fré Cohen, gemaakt door vrijwilligers van Het Geheugen van Oost. Helaas (nog) niet op Apple-music of Spotify te vinden, maar wel de moeite waard. Aan een tweede aflevering wordt gewerkt.
[/su_panel]Frederica Sophia
Cohen kwam in 1903 ter wereld in de Blasiusstraat, een typisch Joods-socialistische arbeiderswijk waar vooral in de diamantindustrie werd gewerkt. Ze ging naar de mulo en in de avonduren tekende ze. Op haar achttiende maakte ze haar eerste linosnedes en niet veel later kreeg ze de eerste opdrachten. Mattie van den Bosch, medewerker van Het Schip, leidde Fré Cohen in en focuste op drie pijlers: socialisme, feminisme en joodse afkomst. En die waren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ze maakte voor vrienden ex librissen, fotocollages, wat heel nieuw was, en tekende naar model.

Socialisme, feminisme en joodse afkomst
De nog heel jonge Fré Cohen maakte als 19-jarige al een affiche voor de Arbeidersjeugdcentrale (AJC), waarbij mensen als Koos Vorrink (later ook SDAP) en Henriëtte van Dam-van Isselt belangrijk waren voor Fré. Van Dam was hoofd kunstzaken van de gemeente Amsterdam. Zij bezorgde de jonge Fré een baan bij de stadsdrukkerij. Iedere inwoner kreeg vanaf dat moment post en documenten ontworpen door Fré Cohen zoals brieven, trouw- en giroboekjes waarop stond gedrukt ‘Verstrekt door het girokantoor der gemeente Amsterdam’.
Cohen ontwierp een boekenlegger voor de internationale vrouwendag op 8 maart 1931, maakte boekbanden voor de Bond van de sociaaldemocratische vrouwenclubs en affiches voor de socialistische vrouwenbibliotheek.

Hoewel niet erg praktiserend, zoals de meeste andere joden in Oost, maakte ze wel omslagontwerpen voor het orgaan van de joodse vrouwenbond Ha’ische. En tot de beginjaren van de oorlog bleef ze les geven op joodse kunstscholen, ook omdat ze op andere scholen geen les meer mocht geven.
Tot het einde
Lange tijd woonde Fré Cohen in haar atelier in de Karel du Jardinstraat in de Pijp. Dat mocht officieel dan misschien niet, maar daar had ze lak aan. Sommigen noemden haar eigengereid, dominant, maar ze maakte zeker eigen keuzes en liet zich daar niet van af brengen.
Toen Amsterdam te gevaarlijk werd, dook ze onder op verschillende adressen in de provincie, tot ze in 1943 in het Overijsselse Borne werd verraden. Vlak voordat ze zou worden opgehaald, maakte ze een einde aan haar leven. In Borne ligt een Stolperstein voor de deur van het huis waar ze werd verraden. Op 1 mei vindt op de Joodse begraafplaats in Hengelo jaarlijks een herdenkingsbijeenkomst plaats. Iedereen is er welkom, om tien uur ’s morgens, dus wel een vroege trein nemen!
[su_panel background=”#f4fde9″ border=”2px none ” shadow=”0px 1px 1px #eeeeee” radius=”5″]De brug
.
[/su_panel]