De inloopochtend is druk bezocht op deze woensdagochtend. Buurtbewoners zitten aan een grote tafel midden in de kerkzaal van Eltheto in de Javastraat. Jong, oud en met verschillende culturele achtergrond schuiven aan. Er wordt veel gelachen en gepraat. Vrijwilligers maken, voor wie wil, soep voor de gratis lunch aan het eind van de ochtend.
Maartje Heman
‘De eenzaamheid in de buurt is groot en mensen hebben veel op hun bord. Er is ook veel armoede. Het is belangrijk een plek te bieden waar iedereen zich welkom en gezien voelt.’ Aan het woord is diaconaal opbouwwerker Gianni da Costa. ‘We zijn dienstbaar aan de buurt. Buurtbewoners kunnen bij ons ook terecht voor een gratis warme maaltijd. Gianni ziet buurtbewoners opbloeien: ‘Mensen die jarenlang nauwelijks buiten kwamen, vielen buiten de boot. Ze zijn hier nu gastvrouw of ze helpen koken. Dat is mooi om te zien.’
Ondertussen druppelen kinderen de hal binnen. Gianni wijst de kinderen en hun ouders naar de ruimte van Re-play, een spelinloop voor kinderen van 0 tot 4 jaar. ‘De kracht is dat ouders erbij blijven’, legt Gianni uit. ‘Zo kunnen ouders uit de buurt elkaar ontmoeten, nieuwe ideeën opdoen en verbinden.’
‘Ik kan hier lachen en huilen, het is gezellig. Ik voel me hier thuis.’
‘Mijn Nederlands is wel goed, maar dit gaat om hele belangrijke dingen’, zegt Melahat tegen een vrijwilliger van Buurthulp Oost. Ze moet verhuizen en ontving een belangrijke brief van de woningbouwvereniging. ‘Ik wil graag dat er iemand meeleest. Zodat ik die formulieren goed invul.’ De vrijwilliger gaat er direct mee aan de slag. Melahat komt al jaren wekelijks op de inloopochtend. ‘Ik kan hier lachen en huilen, het is gezellig. Ik voel me hier thuis.’ Ondertussen geeft Sarah Klerks, diaconaal opbouwwerker bij Buurthulp Oost, haar een zak met wol. Want Melahat breit veel in de kerk en thuis. Ze geeft de buurtbewoners geregeld tips en tricks. Buurthulp houdt elke woensdagochtend spreekuur in Eltheto.
Sarah helpt aansluitend een andere bezoeker die ten onterechte een verkeersboete kreeg. Hij moet bezwaar maken, maar weet niet hoe. ‘Veel buurtbewoners hebben geen internet, kennen de administratieve route niet en er is er soms ook een taalbarrière. We helpen ze graag. Gelukkig weten steeds meer mensen ons te vinden.’
Buurthulp Oost ontvangt zo’n dertig hulpvragen per maand en heeft 120 vrijwilligers. Van tuinieren, boodschappen doen, tot een lamp ophangen. Geen vraag is te gek. Al lijken dit alledaagse klusjes, ook het maken van contact is belangrijk. Sarah: ‘Boodschappen is meer dan eten voor iemand halen, het is verbinding maken, een praatje met iemand maken.’
Ook kunnen buurtbewoners terecht bij vertrouwenspersonen voor een luisterend oor en hulp bij praktische begeleiding. Vertrouwenspersonen staan op een gelijkwaardige manier naast iemand en sluiten aan bij hun belevingswereld. Sarah: ‘We willen weten wat het levensverhaal van iemand is? Wat zijn de behoeftes? Zonder de intentie de ander te ‘fixen’. En als vertrouwenspersoon laat je iets van jezelf zien, dat je zelf ook iemand bent die van alles heeft meegemaakt. Waardoor er een gelijkwaardig contact ontstaat.’
Samenwerken met andere instanties
‘Er speelt vaak van alles: mentale problemen, schulden, problemen met huisvesting, relatie en gezondheid’, vertelt José die al zes jaar vertrouwenspersoon is. ‘De drempel voor onze bezoekers om over hun problemen te praten is vaak hoog. Ze zijn het vertrouwen in de hulpverlening verloren en vaak teleurgesteld. Dus ik ben heel blij als mensen wel hier binnenlopen.’
‘Door korte lijnen met andere instanties zoals het Leger des Heils en het Buurtteam, kunnen we zo nodig doorverwijzen’, vertelt José verder. ‘We gaan ook mee naar afspraken met instanties, mocht daar behoefte aan zijn. Ik liep als vertrouwenspersoon bijvoorbeeld een tijd op met een man die vanwege een hersenbloeding zijn baan verloor en daardoor schulden kreeg. Hij wilde alleen niet doorverwezen worden naar de schuldhulpverlening. Op verzoek van zijn hulpverleners heb ik hem als vertrouwenspersoon twee jaar lang bijgestaan. Het gaat erg goed met hem. Er is een goede regeling met de schuldeisers, hij heeft veel minder stress en leeft ontspannen.’
Met bakfiets op de koffie
Op de bakfiets gaan vrijwilligers met thee en koffie naar buurtbewoners die wat aandacht kunnen gebruiken. ‘Dat zal ik nooit vergeten’, vertelt Melahat. ‘Ik had enkele maanden geleden corona, voelde me eenzaam. Mijn kinderen wonen aan de andere kant van het land. En ineens stonden Sarah en Gert Jan Nordeman, beheerder van het diaconaal centrum, op de stoep. We hebben in het portiek koffie gedronken en gekletst. Ze brachten geregeld eten, dat heeft me erdoorheen gesleept.’
Drie keer per week worden, warme maaltijden uitgedeeld aan buurtbewoners. ‘Ook daarin is het belangrijk contact aan te gaan, een luisterend oor te bieden. Het is meer dan een gratis maaltijd’, vertelt Gert Jan. ‘Het is een mooi compliment dat buurtbewoners uit andere stadsdelen hier hun maaltijd komen halen, omdat het hier gezellig is. Dat is wat je wilt bieden’, vult Gianni aan.
Sarah kan zich geen mooier werk voorstellen. ‘Ik zie dagelijks hoop en dat mensen mooie dingen doen voor elkaar. Mensen willen het goede doen, je moet alleen de mogelijkheid bieden. De randvoorwaarden creëren. Ik vind het mooi dat ik daar getuige van mag zijn.’