Deze maand bestaat Stork juweliers vijfendertig jaar. Arjo Stork (60) komt uit een juweliersfamilie. Hij leerde het vak van zijn vader en had begin jaren 80 met zijn broer een zaak in Roelofarendsveen. In 1985 raadt zijn leverancier hem de juwelier in de Eerste van Swindenstraat over te nemen. Arjo vertrekt naar Amsterdam, zijn broer blijft in Zuid-Holland.
Lewis Daniels
‘Onze winkel bestaat al sinds 1936. Vroeger heette die Juwelier van Velzen.’ Toen ik hier in 1985 begon, veranderde de naam in Van Velzen- Stork.’ Arjo lacht. ‘We hadden geen huwelijk, maar de naam Van Velzen was toen bekend in Amsterdam, dus daar liftte ik op mee. Van Velzen had nog een vestiging op de Javastraat.’ In de jaren 90 hebben de broers Stork drie filialen, in Oost, Roelofarendsveen en op de Maasstraat.
In 1994 wordt de winkel op de Eerste van Swindenstraat door afbraak van de oudbouw ondergebracht in een portakabin. Drie jaar later gaan de deuren van de huidige locatie open. De winkel op de Maasstraat wordt afgestoten en de naam Van Velzen verdwijnt. Op een beurs in Basel ontmoet Arjo zijn echtgenote Lianne, die sinds 2000 ook in de winkel werkt en dan al tien jaar ervaring heeft in de sieradenbranche. ‘We vullen elkaar goed aan. Lianne heeft veel meer commercieel inzicht dan ik. Als we het zakelijk oneens zijn, heeft zij altijd gelijk. Ik ben echt een vakidioot. Het liefst maak ik sieraden en ik hou van antiek. Heel leuk dat vintage weer populair is.’
Lianne (47) vindt de diversiteit in haar werk het leukst. ‘Vroeger werkte ik bij een juwelier in een dorp. Dat is heel anders. Hier is elke dag een verrassing. Klanten komen met mooie, interessante verhalen over hun sieraden.’ Voor Arjo is het contact met klanten ook belangrijk. ‘De Dapperbuurt is een fijne, levendige volksbuurt met meestal makkelijke klanten. Als je hier je best doet, is het goed ondernemen. Dat staat en valt bij een goede vertrouwensband en eerlijk advies. Soms wil iemand mij sieraden verkopen die op een veiling meer opleveren. Dan stuur ik ze daarheen. Ik wil niet voor een dubbeltje op de eerste rij zitten, heb liever tevreden klanten die terugkomen.’
Bij een klant was het vertrouwen zo hoog dat hij door de telefoon een ring bestelde en helemaal tevreden was toen hij die kwam ophalen. Een andere klant was zo dankbaar dat hij vijftig euro neerlegde voor het vastzetten van een pin. ‘Dat was natuurlijk veel te veel geld, maar hij weigerde het terug te nemen. Een paar weken later kwam hij voor een soortgelijk iets terug. Toen heb ik heb hem niet toegestaan iets te betalen.’ Andere gelukkige klanten brachten bloemen of taart. Een keer was een klant aanvankelijk ontevreden. ‘Hij schold ons uit en vertrok kwaad. De volgende dag kwam hij langs met een boeket en bood zijn excuses aan. Hij had een slechte dag. Heel menselijk, dat kan ons allemaal gebeuren.’
Dieptepunten in 35 jaar waren de drie overvallen. Toch wil Arjo nog minstens tien jaar met Lianne in de winkel blijven werken. ‘Ondanks de coronacrisis gaat het goed. Van internet heb ik niet veel last, mensen kopen wel online, maar voor reparaties komen ze naar mij. De toekomst is vooralsnog gunstig. Onze branche vergrijst, dus ik krijg minder concurrentie. Een juwelier beginnen is een stuk moeilijker dan vroeger. Wat je toen nodig had om te kunnen starten, ben je nu al kwijt aan beveiliging.’
Het echtpaar heeft de Dapperbuurt in de loop der tijd ten goede zien veranderen, al geldt dat niet voor iedereen. Voor de alcoholisten en daklozen is nog geen goede oplossing gevonden. ‘Dat is jammer. Niemand hangt voor zijn lol op straat.’ Sommige besluiten van de gemeente zijn niet logisch. ‘De Eerste van Swindenstraat is een winkelgebied, maar bewoners hebben veel invloed op het beleid. Soms botst dat met de belangen van winkeliers, die hier al lang zijn gevestigd, terwijl bewoners op de Eerste van Swindenstraat vaak verhuizen. De ondernemers zitten zo met de gevolgen van een gekozen beleid van mensen die hier niet meer wonen.’ Het beleid van het stadsdeel vertraagt ook. ‘Die spoort eerst vastgoedeigenaren aan hun panden op te knappen voordat ze de straat gaan herinrichten. Zo duurt het jaren langer.’
Vijf jaar geleden vierden Lianne en Arjo het dertigjarig jubileum, deze keer slaan ze over. ‘Het is niet de tijd voor feest. Door corona kunnen we amper iemand uitnodigen. Erg jammer, want we hadden er best bij stil willen staan.’