In dit recept glanst het fluweelpaars van aubergines je tegemoet. Een heerlijke groente voor de nazomer, waarmee we de herfst nog even uitstellen. In de mediterrane en Oosterse keuken wordt deze groente maximaal uitgebuit. Haar neutrale smaak voegt zich moeiteloos naar knoflook, basilicum, tahin; welke smaakbooster dan ook.

De naamgeschiedenis van de aubergine leest als een wereldreis, die Johannes van Dam mooi opschreef in zijn onvolprezen ‘De Dikke van Dam’. Ze begon in het Sanskriet, vatin-ganah (groente die geen wind maakt) toen volgde het Arabisch, het Spaans: berenjena , en de Catalanen noemden hun variant alberginia. Kijk, nu herkennen we iets. Het Amerikaans-Engelse eggplant verwijst naar de witte, eivormige variant van aubergine. De schil van aubergine bevat solanine, en rauw gegeten kan aubergine darmklachten veroorzaken. Daarom dachten we in Europa misschien dat aubergine gekte veroorzaakte. Latijnse wetenschappers noemden haar melansana: dol-appel. In Italië is dit nog steeds de naam, en de basis voor een klassieker: melanzane parmigiana.

Eet smakelijk!

Inger Boxsem en Het team van de Crisp weekbox

Het recept van de week | Het recept wordt aangeboden door cr’sp de Krat