Home Oud Nieuws Oud Nieuws | Buitenplaats „Frankendael” (drie eeuwen oud) nu Amsterdams stadskwekerij

Oud Nieuws | Buitenplaats „Frankendael” (drie eeuwen oud) nu Amsterdams stadskwekerij

0

Oud Nieuws | 2 april 1960 – Van alle delen van Amsterdam heeft Watergraafsmeer tot nu toe het meest haar karakter bewaard. Tot 1921 was dit gedeelte van Amsterdam-Oost een zelfstandige gemeente met een eigen burgemeester en liefst vier veldwachters. Misschien spreekt dit eigen karakter nog het duidelijkst door de buitenplaats Frankendael, die aan Watergraafsmeer een speciaal cachet geeft. In 1725 verscheen bij de gebroeders Andries en Hendrik de Leth „Kunsthandelaers op de Beurssluis in de Visscher” het boek van Matthaeus Brouerius van Niedek „Het verheerlijkt Watergraafsmeer”. In dit boek, dat met zestig prachtige kopergravures is verlucht, wordt de geschiedenis van de Meer beknopt weergegeven. Van verschillende buitenplaatsen worden merkwaardige dingen gezegd, maar het is opmerkelijk dat Frankendael, de enige nog bestaande buitenplaats, er bekaaid afkomt.

IN 1660 liet de Heemraad en Schepen van Watergraafsmeer, Nicolaas van Liebergen, deze hofstede langs de Middenweg bouwen. oorspronkelijk droeg het huis nog geen naam. Dit veranderde in 1695 toen Izaak Balde de nieuwe eigenaar werd. Omdat zijn vader, Jacob Balde, eertijds voor zijn geloof moest vluchten naar Franckenthall (een plaatsje bij Worms) gaf hij er de naam „Frankendael” aan. Hij liet het huis door een gracht omringen en er de fraaie marmeren fontein aanbrengen. De zeegod Poseidon zit er nu nog met zijn gemalin.

In het midden voor het schelpvormig bekken zit een knaapje op een dolfijn al eeuwenlang op een lier te spelen. Deze fontein, die jammer genoeg (bijna) nooit meer spuit, is een prachtig stukje beeldhouwwerk, vervaardigd door Ignatius van Logteren. FRANKENDAEL is in de loop der eeuwen vele malen van eigenaar verwisseld. Op 12 januari 1759 werd de hofstede verkocht aan de Agent en Consul-Generaal van Portugal bij de Bataafse Republiek, Jan Gildemeester. Gildemeester liet de oude inrijpoort van het buiten vervangen door het monumentale hek, dat er zich thans (in gerestaureerde vorm) nog bevindt. De prijs van Frankendael liep steeds op. Betaalde Anthony Dull er in 1800 ƒ 21.000,– voor, Cornelis Proot moest er in 1835 ƒ 30.000,— voor neertellen. Tot 1866 zwaaide de „dynastie Proot” er de scepter en in de dertig jaren van haar bewind kreeg Frankendael een nog grotere reputatie dan zij vroeger reeds had.

In die tijd werd Frankendael ingericht als „pleziertuin”. Men vond er schommels en wippen, op een eilandje lag een kluis met de beroemde (houten) heremiet, die met zijn hoofd kon knikken en die zijn armen kon bewegen. Naast de tegenwoordige telefooncentrale vond men zelfs een „echt” klooster, met twee op de ruiten geschilderde nonnen. In 1866 ging Frankendael voor ƒ 50.000,— over in handen van de heren Krook en Groenewegen, die handelden namens de Koninklijke Tuinbouw Maatschappij „Linnaeus”, die in dat jaar werd opgericht. Er werd niet alleen een kwekerij gesticht, maar er werd ook tuinbouwonderwijs gegeven. Huize Frankendael werd het hoofdgebouw, er waren een eetzaal en een boekerij. De bovenverdieping fungeerde als nachtverblijf voor de interne leerlingen.

HOEWEL op de tuinbouwschool met veel animo werd gewerkt, bleken de exploitatiekosten te hoog en de belangstelling te gering. Van overheidssteun was toen nog geen sprake en in 1882 ging Frankendael voor ƒ 70.000 over naar de gemeente Amsterdam, die er haar Stadskwekerij vestigde. Van 1882 tot 1894 werd er door de „Tuinbouwschool Amsterdam” nog onderricht in tuinbouw gegeven, maar een brand maakte hieraan een einde. Voor Amsterdammers was er eenmaal per week toegang tot Frankendael op vertoon van een lidmaatschapskaart. Dan werden er door het orkest van het Paleis voor Volksvlijt 0.1.v. J. M. Coenen concerten gegeven.

Op 20 mei 1927 werden er voor het eerst openluchtlessen voor leerlingen van de hoogste klassen van openbare en bijzondere scholen gegeven. In datzelfde jaar traden er ’s zomers toneelspelers op die er met Verkade: Lanseloet, Elckerlyc, Hamlet, Romeo en Julia ten beste gaven. Op Koninginnedag werden er 0.1.v. de heer Van Muiden historische stukken opgevoerd en was er ’s avonds onder het licht van schijnwerpers groot feest.

DE stadskwekerij voorziet Amsterdam van groen, bloemen en planten. Al wat in de hoofdstad in parken en plantsoenen te bewonderen (en te beschermen) valt, behalve het Vondelpark, het Wertheimpark en de begraafplaatsen, is afkomstig van Frankendael. In 1959 werd de rechterkoetsstal verbouwd tot onderkomen van het „Wijkcentrum Watergraafsmeer”. In de loop van dit jaar wordt ook het linkergedeelte als vergader- en tentoonstellingsruimte ingericht. Als dit werk gereed is, zal er een expositie worden gehouden over de geschiedenis van Watergraafsmeer in het algemeen en van het 300-jarige Frankendael in het Muiden historische stukken opgevoerd en was er ’s avonds onder het licht van schijnwerpers groot feest.

Bron Dagblad Trouw
Beeld Stadsarchief Amsterdam