Home Oud Nieuws Oud Nieuws | Ernstige relletjes in de Dapperbuurt

Oud Nieuws | Ernstige relletjes in de Dapperbuurt

0
Foto Stadsarchief Amsterdam.

Oud Nieuws | 28 januari 1918  De omgeving van de Dapperbuurt, de Dapper-, Commelin- en Wagenaarstraten is Zaterdagavond het tooneel geweest van ernstige relletjes. De politie van het posthuis aan het Dapperplein, later met tientallen agenten van andere bureaux tot een sterke macht aangegroeid, heeft dientengevolge den geheelen avond en tot ver na middernacht de handen vol gehad, waarbij zij verscheidene malen genoodzaakt was krachtdadig op te treden; ten slotte werd zelfs van den revolver gebruikt gemaakt.

Omtrent de oorzaak der ongeregeldheden kunnen wij voor een groot deel door eigen aanschouwing het volgende mededeelen.

Tegen half zeven surveilleerden in de Dapperstraat, waar het gemeenlijk op Zaterdagavond zeer druk is,wijl daar markt wordt gehouden, twee politieagenten. Voor den winkel van den slager D. van der Stam op No. 32 was een volksoploop en de hoofdagent W.F. Slootman begaf zich daarheen. Te midden van een groote menigte stond een vrouw heftig te betoogen, dat een half pond vet, door haar bij genoemden slager gekocht, bedorven zou zijn.

De hoofdagent trad kalm en rustig op de vrouw toe en bood haar aan, het vet door een keurmeester te laten onderzoeken. Dit geschiedde door den keurmeester Van Aarsen in het politie-posthuis Dapperplein, waarbeen zich de vrouw gevolgd door een groote menigte had begeven. Het vet werd door den keurmeester voor de konsumptie geschikt bevonden, wat den buiten wachtenden werd medegedeeld.

Intusschen had zich door deze volkrijke buurt als een loopend vuurtje het gerucht verspreid, dat de slager Van der Stam bedorven vet verkocht. Van alle kanten kwamen mannen en vrouwen naar de Dapperstraat en al spoedig was een menigte van vele honderden voor de winkel samengeschoold die een zeer dreigende houding aannam.

De beide politie-agenten plaatsten zich nu voor den winkel en spraken de opgewonden mannen en vrouwen kalmeerend toe. Dat mocht evenwel niet bate. De menigte groeide steeds aan en omstreeks half acht werd de toestand voor de beide politie-agenten zoo kritiek – het volk en vooral de vrouwen keerden zich toen tegen de agenten – dat zij door herhaaldelijk blazen op de signaalhoorn assistentie inriepen.

Toen nog vier agenten van het posthuis Dapperplein waren verschenen, werd de menigte met zachten drang tot doorloopen aangemaand, terwijl een tweetal agenten voor den winkel op post bleven. Toen echter bleek het, dat zich onder de menigte ook elementen bevonden – bekend en berucht als pleintjesgasten, waarmede de politie steeds zeer veel last heeft – wien het er om te doen was, het gestookte vuurtje gaande te houden. Want plotseling, terwijl de agenten, hun publiek kennende, kalm en taktvol optraden, werd er met steenen geworpen, tengevolge waarvan twee agenten, één aan het hoofd en den ander in den rug, niet ernstig, werden getroffen. Bovendien werden de agenten bedreigd. Op zelfbehoud bedacht werden toen met sabel- en gummiestok eenige charges uitgevoerd.

Dit was het sein voor een verwoeden aanval op de politiemannen. Opnieuw vlogen de steenen door de lucht, terwijl ook flesschen en andere voorwerpen als project dienst deden. De electrische ballon die voor den winkel van den leerhandelaar S.B. Rijbstein, Dapperstraat 49 hoek Wagenaarstraat, hangt, werd door een steenworp verbrijzeld. Hetzelfde lot ondergingen eenige straatlantaarns, zoodat overal vrijwel volslagen duisternis heerschte.

Een groote politiemacht was inmiddels onderwerk. Door van de signaalhoorn gebruik te maken, was den posthuischef kenbaar gemaakt dat meer assistentie noodzakelijk was en deze had telefonisch de omliggende bureaux en posthuizen verzocht manschappen te zenden.

Om half elf gelastte de politie sluiting van alle kroegen in de buurt, waaraan met eenig tegensputteren gevolg werd gegeven. Met een veertigtal agenten werd toen opnieuw eenige malen gechargeerd. Veel resultaat had dat evenwel niet, want steeds weer kwamen groote groepen terug, wierpen de politie-mannen met steenen en andere voorwerpen, dat alles vergezeld door minder vleiende uitroepen. Tot ver over twaalf werd toen gechargeerd, waarbij herhaaldelijk bij wijze van waarschuwing, in he lucht met scherp werd geschoten.

Dit krachtdadige optreden had het gewenschte resultaat. Langzaam aan trokken de menschen af en tegen half twee deden zich geen ongeregeldheden meer voor. Er hebben geen arrestaties plaats gehad.

Later op den avond was de afdeelingchef van het bureau Muiderpoort, hoofd-inspekteur J.J. Ploos van Amstel, per auto gearriveerd, die tot diep in den nacht op straat bleef en in het politie-posthuis aan het Dapperplein bleef. Gedurende een groot deel van den nacht bleef de politie versterkt met eenige ruiters in de verschillende straten patrouilleerden.

Met dank aan Rogier Schravendeel
Bron Het Volk