Het is een eeuwenoud fenomeen: de Amsterdamse bruine kroeg. Een tapijtje op tafel, krulletters op het raam, jong en oud aan de bar met een biertje en wat blokjes kaas. Ook tussen Amstel en IJ zijn ze er gelukkig nog. Toch staat het voortbestaan van de bruine kroeg onder druk. Steeds meer bruine kroegen verdwijnen en maken plaats voor sapjesbars en hippe restaurants met prijzen die voor veel Amsterdammers niet te betalen zijn. Fractievoorzitter Lian Heinhuis (PvdA) komt daarom met een initiatiefvoorstel om de bruine kroeg te beschermen.
Lian Heinhuis: ‘De bruine kroeg hoort wat mij betreft bij de ziel van de stad. Het is een plek voor jong en oud, arm en rijk. Een plek met een belangrijke buurtfunctie, waar mensen elkaar kennen, naar elkaar omkijken en waar de prijzen onder die van veel andere plekken in de stad liggen.
De vaak onafhankelijke horecaondernemingen, meestal generaties lang in de familie, komen steeds vaker in handen van ketens of private equity. Door deze veranderingen verdwijnen ankerpunten in de buurt, waardoor bewoners een verlies aan thuisgevoel ervaren. Heinhuis: ‘Zoals een Amsterdamse kroegeigenaar het mooi omschreef: ‘de verpoening van de stad wordt steeds meer zichtbaar’. Dat is iets wat ik zelf ook zie en waar ik me tegen verzet. De identiteit van de stad moet niet worden bepaald door wie het meeste geld heeft.’
De PvdA wil dat in kaart wordt gebracht welke bijzondere kroegen er nu nog zijn. Daarmee kan in de gaten worden gehouden hoe het verloop is. Vervolgens moeten deze kroegen worden beschermd door ze een gemeentelijke monumentale status toe te kennen. Dat zorgt ervoor dat een deel van het interieur niet zomaar mag worden veranderd.
Denk aan Café de Sluyswacht in de Jodenbreestraat, Café Gijs de Rooy in de Javastraat, Café De Druif op het Rapenburgerplein, Ruk en Pluk in de Linnaeusstraat, Café Eik en Linde en Café De Nieuwe Stek in de Dapperstraat, Elsa’s Café op de Middenweg, Café Scharrebier op het Rapenburgerplein en…
