Home Overzicht Roos van Dijk, enthousiaste hoogspringer en sprinter

Roos van Dijk, enthousiaste hoogspringer en sprinter

0
Competitiewedstrijd bij AV’23 in 2019.| Foto Wendela van de Water.

Ze werd voorgedragen door haar eigen trainer, want Roos van Dijk (15) is een hardwerkende atlete. Daarnaast een hele geliefde trainer voor de groep die ze zelf training geeft. Hoogspringen is haar specialiteit, maar sprinten kan ze ook goed.

Atletiek | Monique Admiraal | Foto’s Wendela van de Water en Boukje van Dijk

Vanaf haar eerste ontmoeting met AV’23 had Roos liefde voor de club. Naast haar sportieve activiteiten is ze ook goed op school, maar ze heeft nog geen idee wat ze wil worden. Levendige, vrolijke en slimme Roos laat alle opties open, maar komt met haar enthousiasme altijd wel goed terecht.

Hoe lang ben je al lid en hoe ben je bij AV’23 terecht gekomen?

Atletiekvereniging AV’23 traint op een kunststofbaan aan de Radioweg in Sportpark Middenmeer. In het verleden heeft AV’23  beroemde leden gehad, zoals Chris Berger en Wil van Beveren. Marathonlopende prominent Dolf Jansen is ook lid. Iedere maand laten we een van de leden aan het woord.

‘Ik ben lid sinds de pupillen A1 en vond rennen altijd al leuk. Ik was een keer bij het sportmuseum bij het Olympisch Stadion, waar je ook op de atletiekbaan mocht. Daarna zei ik vaak tegen mijn ouders dat ik op ‘dat ene met dat rennen’ wilde gaan. Maar ik moest eerst mijn zwemdiploma halen en ik haatte zwemles. Na lang doorzetten had ik eindelijk mijn A en B diploma, maar stond ik nog een tijd op de wachtlijst voordat ik kon instromen. Toen ik begon waren er twee groepen en ik trainde bij Margaux Jonkers. Ik vond het spannend en was best verlegen, maar ik vond het meteen leuk. Al snel ontmoette ik andere meisjes waar ik het goed mee kon vinden.’

Trainen gaat stapje voor stapje

‘Ik ben B-junior en train vier keer per week, twee keer de normale training bij Nick en Tim van der Heide en twee keer de specialisatie sprint/spring/horden bij Tim. Het zijn allemaal hele leuke trainingen. Bij de training met mijn eigen groep van de B-junioren doen we meestal een spel, wel elke keer iets anders met een twist erin. We trainen op core-stability, doen rijtjes met snelheden, volgen loopscholing, enzovoort. Daarna kiest ieder een onderdeel dat hij of zij wil gaan oefenen.’

‘Bij sprint/spring/horden training zijn de trainingen verschillend. In de winter trainen we veel kracht en doen we tempo’s met loopschema’s, we gaan dan niet springen. In de zomer trainen we techniek en kan ik echt het hoogspringen oefenen. De techniek van het hoogspringen is moeilijk, het heeft wel lang geduurd voordat ik het kon. Tegenwoordig ga ik gewoon springen en dan lukt het meestal wel. Tim komt vaak met metaforen bij de training. We moeten dan bijvoorbeeld iets in de lucht zien wat we moeten pakken of je moet jezelf een raceauto in de bocht voorstellen en dan op de juiste manier in de bocht hangen totdat je een goede sprong kunt maken.’

‘Je wordt beter door te trainen en door spiermassa op te bouwen door krachtoefeningen te doen. Buikspieren en core zijn belangrijk. Je moet leren de spanning bij je te houden. Het is denk ik goed om elke keer op een specifiek punt te trainen. Niet alles tegelijk. Je moet niet meteen alles willen verbeteren, het gaat stapje voor stapje.’

Beste onderdeel en andere onderdelen

‘Hoogspringen of sprinten. Het ging een tijdje minder goed met hoogspringen, waarschijnlijk omdat ik zo snel gegroeid was. Ik ben nu ongeveer 180 cm en groei niet meer zo hard. Sinds vorig jaar gaat het gelukkig weer veel beter. Ik had het afgelopen jaar mijn PR met hoogspringen met 20 cm verbeterd en zelfs na de corona waarbij we niet konden trainen verbeterde ik opnieuw mijn PR bij de training. Op dit moment is dat 1.45 meter en bij de training haalde ik 1.50 meter. Spinten vind ik ook leuk, alleen ik ben geen goede starter, de 200 meter ligt mij beter dan de 100 meter. Andere atletiekonderdelen vind ik ook wel leuk, ik ben alleen niet goed in werpen. Maar het is oké om dit te oefenen en om gewoon met werponderdelen mee te doen bij een training of bij een wedstrijd zoals de clubkampioenschappen.’

Andere sporten en sport in de familie

‘Met gym op school word ik altijd gekozen, omdat ik lang ben. Dat is handig bij basketbal en volleybal. Maar eigenlijk kan ik het niet zo goed. Mijn oudste zus Noortje (17) en mijn jongste zusje Maartje (12) deden aan volleybal en Noortje zat ook op judo. Maar ze vonden het niet meer zo leuk en zijn toen ook bij AV’23 gekomen.’

‘Mijn vader heeft vroeger gehockeyd, mijn moeder is half Fries en heeft veel geschaatst. Afgelopen seizoen is ze ook weer gaan schaatsen. Ze trainen nu samen bij ‘Functioneel Fit’, een training in het Diemerbos bij trainer Nick van der Heide. Toen mijn vader ging trainen voor het ouder-kind toernooi bij AV’23 vonden ze het zo leuk, dat zij ermee door wilden gaan. En zo kwamen ze bij Nick terecht. Ze komen altijd enthousiast terug van de training.’

‘Mijn vader zit in het bestuur van AV’23 en is sponsor vanuit zijn bedrijf Charco & Dique. Mijn moeder is niet actief bij de club, maar ik zelf wel als trainer.’

School en studie

‘Ik woon op IJburg en zit daar ook op school bij het IJburg College, lekker dichtbij. Ik ga nu naar de vijfde klas van het VWO. Ik heb bewust een breed pakket gekozen; natuur en techniek met economie, want ik heb nog geen idee wat ik wil worden. Op school hebben we testjes gedaan, maar daar komen elke keer allemaal verschillende dingen uit. Gelukkig heb ik nog twee jaar waarin ik vooral veel open dagen wil gaan bezoeken om een beetje een indruk te krijgen van de mogelijkheden. Het is best een raar jaar geweest met de corona, waarbij ik heb ontdekt dat plannen en organiseren mij best goed af gaat. Ik vond het wel fijn dat ik na al die maanden thuis weer naar school kon gaan.’

Bijzondere atletiekervaring

‘Ik vind de competitie leuk. Er was een keer een wedstrijd waarbij de estafette en het hoogspringen tegelijkertijd waren gepland. Ik rende de estafette, waardoor ik veel adrenaline had. Gelukkig ging het goed, waardoor de stress wegviel. Toen moest ik snel mijn spikes wisselen voor het hoogspringen en lukte het mij ook nog een PR te springen: 1.45 meter! Vervolgens behaalde mijn vriendin Mali ook de 1.45 meter. Na afloop gingen we naar de verjaardag van mijn opa. Een topdag!’

De afgelopen jaren heb ik ieder jaar meegedaan aan de meerkamp in Lisse. We blijven daar dan met ons team slapen in tenten, gezellig. Soms zijn er hele serieuze teams, die gaan dan om 21.00 uur al slapen, terwijl wij dan net beginnen met onze maaltijd. Ik doe deze wedstrijd niet mee om te winnen, het gaat in dit geval toch echt om de gezelligheid.’

Competitiewedstrijd bij AV’23 in 2019 | oto Boukje van Dijk

Leukste wedstrijd

‘We hebben een keer met ons team meegedaan aan de NK Estafette in Amstelveen. Met vier meiden deden we de Zweedse Estafette; Bente van der Lindert de 100 meter, ik de 200 meter, Mali Onyeike de 300 meter en Amelie de Wit deed de 400 meter. Tijdens onze race stonden we eerste en wonnen onze serie. We waren zo blij! Uiteindelijk werden we negende overall, maar de sfeer en dat we eerste werden in onze eigen race was geweldig.’

‘In februari van dit jaar heb ik voor het eerst meegedaan aan de Apeldoorn Indoor wedstrijd. Het was bijzonder, maar ook wel spannend. Ons was gezegd dat we ruim van tevoren aanwezig moesten zijn. We kwamen dus anderhalf uur vooraf aan, ik zou de 60 meter gaan doen. Beneden is een inloophal en daarbij een callroom, allemaal indrukwekkend. Het was goed dat we zo vroeg waren, daardoor kon ik het goed in mij opnemen. Bij de wedstrijd werd ook mijn reactiesnelheid gemeten en deze was langzamer dan die van der rest. Bij de race maak ik het weer een beetje goed en kan ik anderen weer inhalen. Ik wilde niet meedoen met hoogspringen, dat vond ik te spannend. Ik zou dan echt tegen de besten van Nederland moeten, meiden die wel 180 cm hoog springen en ook twee jaar ouder zijn. Dan wacht ik liever een jaartje, voordat ik het ga proberen.’

Trainer van de A2 pupillen

‘Het is nu mijn derde jaar als trainer, dus ik begon ermee toen ik twaalf was. Ik moest vanuit school een maatschappelijke stage lopen en ik was een beetje laat met dit regelen. Gelukkig kon in bij AV’23 terecht en mocht ik training geven aan de mini-pupillen. De stage duurt twee maanden, dus toen heb ik meteen de trainerscursus gevolgd. Ik vond het training geven zo leuk dat ik na deze stage trainer ben geworden bij de B-pupillen. Inmiddels zijn ze A2. Ik geef deze training samen met Mali Onyeike en Jules Hemels, de hoofdtrainers zijn Roy Marinus en Bram van der Jagt. Ook geef ik training aan de mini-pupillen samen met Tara Sannes en Jules Hemels. Het is altijd leuk en gezellig om training te geven aan de kinderen, vooral als ze enthousiast zijn. Het werkt altijd wel als je zelf enthousiast bent, dan worden zij dat ook! Ze hebben mij gevraagd of ik de trainerscursus niveau 3 wilde doen, dan kan ik hoofdtrainer worden. Misschien wil ik dat wel, daar denk ik nog even over na. Als je hoofdtrainer bent, heb je meer verantwoordelijkheden en ik heb het ook druk op school.’