Wie een beetje Frans kent, zal denken dat Les Jumeaux Hairstyling in de Wakkerstraat gerund wordt door mannen. Hij komt bedrogen uit! Al vijfentwintig jaar wordt deze kapperszaak gerund door eeneiige tweeling Ursula Fokkens en Monique Feddema-Fokkens. Deze vrolijke vrouwen wilden een stoere naam. Maar wie zijn zij eigenlijk?
Carolien Gevers | Foto Frank Schoevaart
’s Ochtends fietsen ze samen vanuit hun woonplaats Diemen. ‘We wonen bij elkaar om de hoek, straatje in, straatje uit,’ klinkt het tweestemmig door de salon. Vervolgens hoort Dwars een identieke bulderende lach. Deze zal de toon zetten voor het hele interview. Helaas is Carla, ook al drieëntwintig jaar werkzaam in de zaak, er vandaag niet. Door corona kan het drietal nu niet gelijktijdig knippen. De salon heeft maar twee wasbakken en alles moet op anderhalve meter afstand. ‘Wat de naam betreft, we vonden ‘-elles’ te tuttig,’ zegt Monique (57). ‘Ja ‘-aux’ klinkt steviger en ligt lekkerder in de mond,’ beaamt Ursula (57). ‘We houden uiteraard van vrouwelijk, maar we knippen hier gewoon mannen, vrouwen en kinderen en zijn niet alleen maar lief.’
Geen nephaar
Het tweetal werkt al bijna eenenveertig jaar als kapster. De eerste zestien jaar apart, maar al weer vijfentwintig jaar samen. Dat bevalt. Ursula: ‘We kwamen beiden uit verschillende, vaak sjieke salons, en wilden nog eens een bedrijf opzetten dat helemaal van onszelf was. Een salon waar iedereen zich thuis voelt en waar naast vakmanschap, persoonlijk contact en gezelligheid centraal staan. Niet teveel etiquette, maar ruimte voor spontaniteit. Iedereen hangt hier bijvoorbeeld zijn eigen jas op. Verder werken we, voor de gegevens van onze klanten, nog ouderwets met een kaartenbaksysteem.’ ‘Die eenvoud zie je ook terug in onze tarieven,’ merkt Monique op. ‘Wil je er voor iedereen zijn, dan moet het laat dat een ander maar doen’. Nee, we houden ons aan de eenvoud van goed knippen, wassen, verven. In dat laatste zijn we specialist. We hebben een eigen keurmerk, en gemiddeld de hoogste omzet voor verf (ook eco!) van de salons in Nederland en zijn trots op al onze mengkleuren.’
‘We knippen hier gewoon mannen, vrouwen en kinderen en zijn niet alleen maar lief’
’Meisjes, meisjes….’
In gesprek met de identieke, zeer gelijkende tweeling, die unaniem dezelfde missie verkondigt, gaat Dwars toch op zoek naar de verschillen. ‘Ik ben meer gestructureerd,’ zegt Monique beslist, ‘Urs is makkelijker, relaxter en iets creatiever misschien.’ Ursula: ‘Ja, daarom doe ik meer aan de inrichting en jij aan de boekhouding. Jij bent trouwens beter in rekenen en ik in taal. Jij bent rechts en ik links. En jij bent de oudste.’ Monique: ‘Nee joh, jij, wel zes minuten!’ ‘Oh ja, dat is waar ook,’ zegt Urs, met weer dat gezamenlijke lachsalvo. ‘En bij het knippen zijn er ook kleine verschillen. Monique werkt liever met een fijne kam en ik met een grove. We hebben veelal onze eigen klanten, ook Carla.’
Monique: ‘We zijn natuurlijk in veel dingen hetzelfde. Komen, los van elkaar, met gelijke kleren thuis. Vlochten in de middelbare schooltijd alsmaar haren en hadden het meest lol in textiele werkvormen. We reageren ook hetzelfde op concurrentie, zo van ‘Lekker zeg, jij weer een volle agenda vandaag en ik maar drie afspraken.’ De ander zegt dat weer op een andere dag.’ Ursula: ‘Oh, en we kunnen allebei evengoed kibbelen. We hoorden vroeger wel van klanten: ‘Meisjes, meisjes, betaalbaar blijven. Vijfendertig euro voor knippen, wassen, drogen, een gel en/of hairspray. Kinderen en studenten goedkoper.
Het leukste vinden we dat hier inmiddels hele gezinnen komen. We hebben allebei nog klanten van toen we op ons zeventiende begonnen. Uit de hele stad, maar ook erbuiten. Dat kwam onder andere omdat ik na de geboorte van mijn zoon mijn oude klanten een geboortekaartje had gestuurd. Dus die gingen mij bellen. Toen ik in het begin, bij het opknappen van het pand, hier in de grond stond te hakken, klopte er opeens een oude klant uit Osdorp op het raam. Ze herkende me en bleek verhuisd. Het ging toen snel van mond tot mond en met een flyertje en een stukje over ons in De Echo kwamen ook in een mum van tijd de buurtbewoners.
In ons vak blijven we eenvoudig en natuurlijk. Geen extensions dus. Je ziet soms mensen met prachtig haar van zichzelf en dan zulk nephaar ertussen. Geen gezicht. Als mensen met pikzwart haar vragen om het superblond te maken, zeggen we: ‘We gaan uw haar niet verpesten, tut, tut, kalmeer eens even.’ Monique: ‘Ja, we zijn allebei super direct, dat had je vast al gemerkt. Je maakt toch het makkelijkst ruzie met je zus. Lang duurt het nooit en het gaat meestal nergens over. Vaste klanten kunnen ons inmiddels goed uit elkaar halen, maar nieuwe hebben daar moeite mee. Daarom gebruiken we hier allemaal een vaste stoel.’
Crazy Duck en oude kasten
‘Zie je die föhn daar?’ Ursula wijst naar een kinderföhn in de vorm van een eend. ‘Die Crazy Duck gaat al jaren mee. Monique knipte hier laatst een oude klant, nu dertiger, die weer nostalgisch werd toen zijn oog op de föhn viel. Hij vond die als jochie al magisch. Geweldig toch! Of die vrouw laatst, die net bevallen was en door Monique nog als kind is geknipt. Dat is het leuke aan het knippen van de hele familie, je volgt ze en kent hun hele geschiedenis.’ Monique: ‘Wat dat betreft zijn we essentieel, want vaste klanten kunnen zo hun hart uitstorten. Vraag je even hoe het gaat, willen ze eerst niks zeggen en wij niks forceren natuurlijk, maar twee minuten later komt alles eruit. ‘Dat je dat nog weet,’ zeggen ze vaak als we er een volgende keer op terugkomen. Dat vinden mensen fijn en voor ons is het gewoon.’
Ursula: ‘Het is ook vaak een kwestie van elkaar helpen met vaste klanten. Die mooie houten kasten daar hebben we bijvoorbeeld te danken aan een klant, die connecties had met een timmerbedrijf. Ze komt hier nog steeds. Een schoonheidsspecialiste, die ik vroeger sportles gaf, een andere geliefde bezigheid van mij, komt hier al jaren, en wij verwijzen weer mensen naar haar. Je kunt van elkaar leren. Toen ik ziek was geweest, besefte ik extra hoe mooi het is dat wij de huisartsen die we hier knippen in het zonnetje kunnen zetten zodat zij hun werk even los kunnen laten. Niet dat we onderscheid maken tussen onze klanten hoor. We hebben hier mensen met hoge functies, die soms door hun drukke werkzaamheden, hopen even voorrang te krijgen. Dat doen we liever niet. Iedereen is gelijk, vuilnisman of minister. Elk mens heeft recht op een verzorgd hoofd met leuk haar.’
Dromen voor de toekomst?
‘We willen nog wel tien jaar door, hebben het heerlijk hier. Toen Urs op haar zeventiende met het idee kwam om de kappersopleiding te gaan doen, was ik na zes minuten om,’ lacht Monique. ‘We hebben nooit spijt gehad. Onze ouders steunden ons altijd, terwijl die niet in het vak zaten. We hebben waarschijnlijk geen opvolger voor ons familiebedrijf, want met allebei een zoon die ander werk doet, kom je niet ver.’ ‘Maar zeker weten doen we niets,’ zegt Ursula, ‘wie weet wat voor vriendinnen ze nog krijgen! Enfin, wij gaan samen door tot hetzelfde tijdstip.’ Dwars: ‘Hoe weet je dat zo zeker?’ ‘Nou oké, misschien op zes minuten na dan,’ reageert de tweeling jolig.
Zes minuten verschil tussen Ursula Fokkens en Monique Feddema-Fokkens.