Artis is veel meer dan een dierentuin. Je kunt er ook volop genieten van ‘groen’ dat ook nog eens eetbaar is. Een groot deel van de perken in Artis is gevuld met planten, bloemen en kruiden die eetbaar zijn voor dier en mens. Dit jaar zijn er 27.000 planten in 220 soorten geplant.
Zo wandel je bij binnenkomst op de Papegaaienlaan onder meer langs rode snijbiet, salie, boomspinazie en het Japanse kruid shiso. In de Palmentuin zijn goudsbloem, dropshot, zinnia en ABC-kruid te vinden. De eetbare tuin vind je op verschillende plekken in het park en is te herkennen aan de bonenstaken die in de perken zijn geplaatst. Deze dienen als herkenningspunt en hierop groeien de eetbare klimplanten zoals sperziebonen, malabar spinazie en de Amerikaanse grondnoot.
Ton Hilhorst, hovenier en groenontwerper bij Artis, doet uitgebreid onderzoek naar planten die 100 procent eetbaar zijn: ‘Een tomaten- of aardappelplant zal je in de eetbare perken niet vinden. Hiervan is alleen de rijpe vrucht of knol eetbaar, de plant zelf is giftig.’ Doordat alle beplanting wordt opgegeten door de dieren, is de eetbare tuin een project dat goed past binnen de ambitie van Artis om zo duurzaam mogelijk te zijn.
Dierverzorgers op plukles
De dierverzorgers lopen dagelijks een ronde door het park om uit de eetbare tuin te plukken. Het plukken moet met beleid gebeuren. Hoe beter je plukt, hoe langer je plezier hebt van de plant. Daarom krijgen alle dierverzorgers in Artis een korte training over plukken, zodat de eetbare tuin zo lang mogelijk in volle bloei staat. Hilhorst: ‘Bij planten die aan één steel groeien, zoals kolen of snijbiet, is het bijvoorbeeld belangrijk om altijd alleen de onderste bladen weg te plukken. Pluk je van bovenaf dan loop je de kans dat je het ‘hart’ verwijderd, de plant houdt dan op met groeien.’
Voor de dieren zijn de nieuwe smaken een verrijking van het dagelijkse menu. Ze krijgen te maken met verschillende smaken en andere manieren van voedsel aanbieden, bijvoorbeeld een hele stengel met blaadjes. De ene diersoort is kritischer dan de andere. Zo lusten de Alpensteenbokken en de Zuid-Amerikaanse tapirs bijna alles uit de eetbare tuin, zijn de Aziatische olifanten nogal kieskeurig en vinden de Westelijke laaglandgorilla’s vooral de eetbare bloemen interessant als aanvulling op de bladgroenten zoals andijvie, spinazie en witlof dat ze vaak eten.
Vers uit eigen (thee)tuin
Jij kunt ook genieten van de geuren, kleuren én smaken van de eetbare tuin. In de theepluktuin bij het Tuinpaviljoen – de horecagelegenheid naast het leeuwenverblijf – kunnen bezoekers zelf kiezen uit zo’n veertig verschillende soorten kruiden. Je vindt hier onder andere tien soorten munt, van Marokkaanse munt tot Zwitserse pepermunt en chocolademunt. Maar ook kruiden als venkel, salie, kamille en verveine.
Ook in de nieuwe horecagelegenheid de Serre – naast de Afrikaanse pinguïns – wordt gewerkt met producten uit de eetbare tuin. Je kunt nog tot ongeveer eind oktober genieten van de zomerse variant van de eetbare tuin. Alles wat aan het einde van het seizoen over is wordt gerooid en ingevroren, zodat de dieren er ook tijdens de winter nog van kunnen genieten. Ondertussen zijn de voorbereidingen voor het najaar alweer in volle gang. De kolen, pompoenen en andere wintergroenten zullen vanaf oktober de perken weer sieren en kleur geven.