| Verhalen uit de Plantage | Dick Pol |
Reeds lang geleden is bij mij de belangstelling voor de voetbalsport geheel verdwenen. Als duizenden ‘volwassen’ mensen in een stadion elkaar in spreekkoren, over en weer, ernstige ziektes toewensen of een macaber einde in de gaskamer dan wil ik daar niets mee te maken hebben.
Clubs ‘kopen’ aan de lopende band spelers voor belachelijke bedragen hoewel ze bij de bank voor honderden miljoenen in het krijt staan. Deze ‘sterren’, die een hemelse status wordt aangemeten, verdienen per uur een modaal weekloon, zelfs als ze slapen. Door de bank genomen is het spel niet om aan te zien: voorzichtig geschuif rond de middencirkel. Af en toe neemt een waaghals ‘het risico van een schot’. I
In de tijd van Abe Lenstra en Faas Wilkes ging dit wel even anders. Ik kan me bovendien levendig voorstellen dat de kwaliteit van een gesprekje van peuters op de kleuterschool die van de gemiddelde discussie in voetbalprogramma’s ruim overstijgt. Het gebazel neemt ridicule vormen aan als de wetenschap er bij wordt gehaald met statistiek en schema’s. Waar gaat het nu helemaal om? Ten slotte wil ik nog benadrukken dat ik grote moeite heb met de primitieve uitbarstingen van chauvinisme en hysterie rond grote internationale toernooien. Om nog maar te zwijgen van de onbegrijpelijke massale vechtpartijen.
Toch werd ik een paar jaar terug heel vrolijk van een voetbalbericht. ‘We’ hadden brons gewonnen bij het wereldkampioenschap voetbal voor dak- en thuislozen in Oostenrijk. Brazilië werd in de strijd om de derde plaats met 4-1 aan de kant gezet. Het thuisland, al mag je dat voor deze sportlieden misschien niet zo noemen, werd, uiteraard, wereldkampioen.
Oranje was zwaar gehandicapt omdat spits Mike, ondanks intensieve bemiddelingspogingen, ontbrak wegens celstraf. De gevangenisdirecteur had nog laten weten dat Justitia blind is. Je vraagt je af wat de aanvalsleider heeft misdaan. Had de sponsor hier niet iets kunnen regelen in deze tijd van omkopingsaffaires waar geld zo royaal gesmeerd wordt?
Waar ik me het meest vrolijk over maakte was dat ‘wij’ in de poulewedstrijd Duitsland met 14-0 hadden geplet. Kijk daar kun je, excusez les mots, mee thuis komen. De schande van de verloren finale, München 1974, werd definitief uitgewist. Wat een karakterjongens, groot geworden in de straten van Amsterdam. Ik was apetrots op onze dak- en thuislozen. De halve finale ging helaas na een thriller nipt verloren tegen Engeland. Die gasten waren natuurlijk gestaald in de achterbuurten van Londen. Mogelijk heeft de detentie van Mike de doorslag gegeven.