Home Eten&Drinken Wijnimporteur Yvo Pieksman: ‘Een mooie wijn is kunst’

Wijnimporteur Yvo Pieksman: ‘Een mooie wijn is kunst’

0
Ulco, Auke en Yvo Pieksman.

Voor wijnimporteur Yvo Pieksman waren de weken rondom de jaarwisseling de drukste van het jaar. Vandaag is de rust in de winkel van de 42-jarige wijnkenner weer wat teruggekeerd. In de zaak met witte muren, hoog plafond en planken vol wijn klinkt zachtjes een cellosuite van Bach. Kalmte op een grijze maandagochtend. Tijd voor een goed gesprek.

Bastiaan Weldring

D

e wijnwinkel hoort bij Pieksman Wijnimport, een familiebedrijf dat zijn oorsprong heeft te danken aan Auke Pieksman, vader van Yvo. Auke werkte vier decennia in de wijnimport toen hij met pensioen ging. Van korte duur, bleek, want een jaar na pensioen richtte hij in 2002 Pieksman Wijnimport op dat hij samen met zoon Yvo, de huidige eigenaar, ging bestieren. In 2010 volgde Pieksman Wijnwinkel aan de Hogeweg, waar Yvo net de kerstadministratie heeft bijgewerkt.

‘Ik wilde al mijn hele leven de wijn in’, begint Yvo. ‘In mijn jeugd gingen we geregeld op vakantie naar de Bordeaux en bezochten we wijnboeren. Eens per maand gingen we heel goed uit eten bij restaurants die onze klant waren. Daar dronk ik als zesjarige druivensap uit een wijnglas, later werd dat natuurlijk echte wijn.’ Yvo vertelt het met een vanzelfsprekendheid die het resultaat moet zijn van een opvoeding waar goed eten en mooie wijn een centrale rol spelen.

Als kind verkocht hij met Koninginnedag al piccoloflesjes wijn die zijn vader leverde aan KLM. Dat hij na een studie bedrijfskunde en rechten en een jaar werken in een Bussumse wijnwinkel samen met zijn vader in de wijngroothandel belandde, mag daarom amper een verrassing heten.

Sinds jullie de groothandel startten in 2002, richten jullie je op een biologisch assortiment. Hoe is dat zo gekomen?

‘Mijn vader maakte in 2002 met mijn moeder een reis waarin hij wijnboeren door heel Frankrijk bezocht.  Hij kwam tot de conclusie dat biologische wijn echt heel goed is. In die tijd had biologisch nog een geitenwollensokken-imago, maar op de smaak viel niet af te dingen. Dat is nu wel anders’, merkt hij met een glimlach op.

‘We verkopen uitsluitend biologisch en biologisch-dynamisch. Je proeft veel meer diepgang en karakter. Zo maakte men vroeger ook de wijn. Bovendien moeten we ook meer de kant op van biologische landbouw. Maar bovenal is het gewoon echt heel goed.’

‘Dat vind niet alleen ik. De vraag naar biologisch-biodynamisch groeit, zeker bij de goede restaurants in Amsterdam. Zij willen die wijn niet alleen vanwege het biologische karakter maar vooral vanwege de goede smaak. Om die reden werkten in de jaren zeventig sommige gerenommeerde Franse wijnboeren al heel ‘schoon’, dus zonder veel te bespuiten.’

Rond deze tijd richtte zijn vader P & N Wijnkopers op dat de opslagplaats had in de kelders van het Entrepotdok tegenover Artis. Pieksman senior was in de jaren zestig al in aanraking gekomen met de wijnhandel als importeur.

‘Maar eerst werkte mijn vader kort in Parijs waar hij versproducten aan restaurants leverde’, vertelt Yvo. ‘Dat was erg kleinschalig: ‘s nachts zocht mijn vader Parijse chefs op in lokale cafés. Zij vertelden hem waar hij de beste producten kon halen. Mooie kreeften, de mooiste groenten. Om meer met zijn gezin thuis te kunnen zijn, heeft mijn vader zich uiteindelijk geheel op de wijnhandel gericht. Zo kon hij werken tijdens kantoortijden en ‘s avonds thuis zijn.’

In 1985 ging het bedrijf samen met de Cordier-familie, een groot wijnhuis uit de Bordeaux. Vader Auke kreeg de Beneluxmarkt onder zijn hoede om namens Cordier naar te exporteren tot zijn pensioen in 2001. Een pensioen van korte duur, een jaar later stonden Auke en Yvo samen alweer tussen de wijnvaten.

Jullie hadden een groot netwerk, een gedeelde passie en veel wijnkennis toen jullie Pieksman Wijnimport begonnen. Hoe was het om als vader en zoon in professionele zin met elkaar samen te werken?

‘Ik heb heel veel van hem geleerd over eten en de wijnen die daarbij horen. Ook de juiste omgangsvorm met klanten.’ Yvo’s blik glijdt langs de planken met wijn, waarna hij zijn verhaal oppakt. ‘Niettemin schelen we 35 jaar. Ik was sneller met computers, mijn vader schreef nog alles uit. Hij was bovendien traditioneler, richtte zich op kleine wijnboeren, dure wijnen. Als groothandelaar wil je ook gewoon pallets verkopen en dan heb je huiswijnen nodig. We hadden aanvankelijk juist alleen wijnen voor het arrangement. Ook onze smaken verschillen, het was vaak zoeken naar het compromis.’

Je bent nu negen jaar de enige kapitein op het schip. Is er sindsdien veel veranderd?

‘Zestig tot zeventig procent van wat we samen hebben geïmporteerd hebben we nog steeds’, zegt hij na enig nadenken. ‘Maar wat daarbij is gekomen, vrijwel een verdubbeling in aantal, heb ik samen met mijn broer Ulco en collega Wouter uitgezocht. Daarnaast zijn we nog meer de kant van het biologisch-biodynamische en de vin nature op gegaan.

In  het begin importeerden we alleen uit Frankrijk gezien mijn vaders netwerk. Al snel kwamen daar Spaanse en Italiaanse wijnen bij. Inmiddels importeer ik ook uit Portugal en de laatste tijd veel uit Duitsland en Oostenrijk. Die laatste twee zijn erg ‘booming’. Dat is een interessante ontwikkeling, deels het gevolg van klimaatverandering. In beide landen vind je nu veel jonge, progressieve wijnmakers ten opzichte van een wat traditioneler Frankrijk. In Duitsland en Oostenrijk is de biodynamische- en natuurwijn enorm in opkomst.’

Die ontwikkeling sluit goed aan bij de kern van Pieksman Wijnimport.  ‘Biodynamisch is een soort biologisch-plus en wil de natuur gebruiken om zichzelf te kunnen onderhouden’, legt Yvo uit. ‘Men ontleent energie aan de zon en wind, en gebruikt trekezels- of paarden in plaats van tractoren. Mest komt vaak van een eigen veestapel. Insecten worden niet verdelgd maar juist ingezet tegen echt ongedierte of slechte bacteriën. Zelfs de invloed van eb en vloed , dus van een volle en wassende maan, neemt men in beschouwing bij deze manier van wijn verbouwen. Omdat het een erg intensieve vorm van landbouw is, zijn het vaak kleinere boerenbedrijven die dit doen.’

Loont het dan nog wel voor de wijnboer?

‘Het is een kwestie van kwaliteit boven kwantiteit verkiezen. Biodynamische wijnbouw levert hoge kwaliteit op, en dus een hogere prijs. Ik hoop dat mensen vaker besluiten een fles van drie euro in de supermarkt te laten staan om iets mooiers te kopen. Hetzelfde geldt voor vlees, ik koop ook geen kiloknallers.’

Drink je als wijnkenner pur sang weleens een wijn uit de supermarkt?

Yvo moet weer lachen, twijfelt even en antwoordt dan, niet heel overtuigend: ‘Ja. Ik koop het niet. Als ik bij iemand thuis ben die het serveert, drink ik liever een biertje. Ik ben nu eenmaal mooie wijn gewend. Dat kun je niet ontwennen. Gelukkig maar.’

 Is het wel altijd een voordeel om zo’n goed smaakpalet te bezitten?

‘Ja, dat is het zeker, en niet alleen ten opzichte van wijn. Een mooi voorbeeld is mijn zoon die onlangs biodynamische kwark van de natuurwinkel at. Die had een poeperige, gronderige smaak. Mijn zoon vond het niet lekker maar ik stond erop dat hij het toch probeerde. Na een paar dagen ben je aan die smaak gewend en wil je niet meer terug naar een supermarktvariant. Dat geldt voor kaas, en zeker voor wijn. Het is een ontdekkingstocht. Kijk naar klassieke muziek. Daar is ook zoveel moois, en valt altijd iets nieuws te ontdekken. Hetzelfde geldt voor eten en drinken. Het aanbod is immens, je moet zelf ontdekken wat je mooi vindt. Net zoals in de kunst.’

Is wijn voor jou kunst?

Yvo leunt even achterover in zijn stoel en kijkt nogmaals zijn winkel rond. ‘Dat is een goede vraag’. Een glimlach en frons tekenen Yvo’s gezicht waarna hij tot een besluit lijkt te komen. De frons verdwijnt, de glimlach blijft: ‘Ja, eigenlijk wel. Als een meubelmaker een stoel maakt, is dat kunst. Als een wijnboer passie en moeite in het maken van wijn steekt, is dat ook kunst. Een chefkok in een sterrenrestaurant maakt van een gerecht ook een kunstwerk. Bij wijn kan de kleur al erg mooi zijn, en dan moeten de geur en het proeven nog volgen. Kunst!’

Wat trekt je het meest in je werk?

‘Over twee weken ga ik naar Frankrijk om nieuwe wijnen te zoeken. Dat in combinatie met het contact met de wijnboeren vind ik het leukst. Ik ben nu erg druk met administratieve taken, mijn trip naar Frankrijk straks voelt bijna als vakantie.

Wijn is een heel móói product. Ik spreek liever over mooi dan lekker. Het zelf proeven van mooie wijnen doe ik met het oog op de handel: kan ik het verkopen in Nederland? Maar dat doe ik door goed uit eten te gaan en daar dan die wijn bij te proeven. Te mogen puzzelen bij welk soort eten het past, en dus of het verkoopbaar is, dat vind ik het leukste wat er is.’

De wijnwinkel van Yvo is tot in Haarlem bekend, al komen de meeste klanten uit Watergraafsmeer en Zuid. ‘In andere Nederlandse steden zijn wijnwinkels en het publiek al snel wat conservatiever‘, vindt Yvo. ‘Als ik daar bij stil sta, denk ik weleens in het verkeerde land te zijn geboren. Ik ben wel echt een francofiel. Het is mijn doel om op een gegeven moment zelf wijn te maken, of voor een wijnboer te werken. Maar dat wil ik pas doen als ik in de vijftig ben.’

Yvo is desondanks tevreden met de huidige gang van zaken. ‘Ik investeer ook in enkele wijnbars. Ik zou zelf wel een bar willen maar de werktijden ‘ s avonds vermijd ik graag. Als stille vennoot kan ik niettemin een leuke bijdrage leveren door wijnen aan de wijnbars te leveren. Dan weet je dat daar iets moois wordt geschonken’. Daar is die uitdrukking weer: mooie wijn. Het is een term die uit de geoefende mond van Yvo haast lekker smaakt.

Pieksman Wijnwinkel is te vinden op de Hogeweg 19.