Home Overzicht Dansmaker Yuri Bongers maakt exclusieve buitenvoorstellingen

Dansmaker Yuri Bongers maakt exclusieve buitenvoorstellingen

0

In Oost wonen en werken veel kunstenaars in verschillende disciplines. oost-online bezoekt regelmatig een van hen en stelt wat vragen. Deel 14 van de tweewekelijkse serie. Yuri Bongers is dansmaker en woont op Java-eiland. Werken doet hij vooral buiten, in de openbare ruimte.

Anne-Mariken Raukema | Foto’s Joyce van Belkom

Als we elkaar treffen is Yuri Bongers met de nieuwe website van Vloeistof bezig. En passant vertelt hij dat ze dit jaar twintig jaar bestaan. Waarom die naam Vloeistof? De twee oprichters, hijzelf en Anja Reinhardt, wilden een Nederlandse naam die dynamisch klinkt, waar beweging in zit en die associeert met iets essentieels zoals zuurstof, ook een stof die onmisbaar is in ons bestaan. Zijn opleiding expressionistisch danstheater volgde hij aan de Fontys hogeschool in Tilburg, waar de stichting zit en zijn grootste netwerk nog ligt. De voorstellingen ontstaan in interactie met het publiek; repetities zijn een vorm van onderzoek. De voorstellingen worden in kleine formatie van drie tot zes spelers gespeeld. Het publiek kan variëren van vijf mensen tot een groep van zestig tot negentig. Massaal wordt het eigenlijk nooit.

Je woont in Oost. Waarom hier en hoe lang al? Werk je er ook?

‘Sinds drie jaar nu woon ik hier, met mooi uitzicht óp het IJ, niet eroverheen wat je hebt als je bovenin woont. Op tweehoog heb je nog het gevoel van water. Soms werk ik vanuit huis, een echte studio heb ik niet nodig. We huren wel een garage voor opslag van kostuums en attributen. Veertien jaar geleden verhuisde ik van Tilburg naar Amsterdam. Ging in Geuzenveld wonen, maar dat bleek geen goede buurt om een netwerk op te bouwen. De wintermaanden zijn om concepten te bedenken, dan zit ik meer achter de computer. De andere seizoenen zijn we meer buiten.’

Wat is het grootste voordeel van Oost?

‘Hier thuis voelt het niet echt Oost, meer een combinatie van Noord, Oost en Centrum. In de stad kun je veel makkelijker cursussen volgen en  internationale voorstellingen zien dan erbuiten. Op Zeeburg zit een goede yogaplek. Op het Azartplein hier vlakbij, zou ik graag een project doen. Het is er rustig en toch komen er regelmatig passanten voorbij. Ideaal dus, geen plakkers die zich er langdurig mee bemoeien, maar net goed voor de duur van een korte voorstelling of interventie. Publiek mag niet tegen de zon in kijken, moet veilig kunnen staan en bij regen graag ook een schutmogelijkheid. Ook zou ik graag ooit iets doen met ouderen in Oost.’

Wat kan er beter?

‘Meer kleine festivals zijn erg welkom, zeker als die ook nog programmeringsbudget hebben voor voorstellingen. Toen Amsterdam culturele hoofdstad was, hebben we op de kop van het Javaeiland gespeeld. Ik vind het belangrijk om kunst in te zetten waardoor mensen op een andere manier naar hun omgeving, naar de stad gaan kijken. De publieke ruimte in Amsterdam wordt al fors benut, maar biedt nog voldoende mogelijkheden.’

Autosalon, een voorstelling van dansgezelschap Vloeistof, opgevoerd in parkeergarage Pietervredeplein in Tilburg. Foto Joyce van Belkom.

Ben je tevreden met je werkruimte?

‘Bij werken in de buitenruimte is het belangrijk dat je ergens naar binnen kunt, al is het maar om naar de wc te kunnen. Dat kan horeca zijn, daar gebruiken we dus altijd wat. We zijn twee keer weggestuurd, in Utrecht bij een coffeeshop en in Geuzenveld bij een slagerij die eerder doelwit was van criminele acties. Nee, in Oost hebben we nog niet gerepeteerd, maar dat komt. Achter Sloterdijk hebben we kortgeleden gedanst en een film opgenomen onder het viaduct van die nieuwe, hoge snelweg. Een soort van dak in de buitenlucht.’

Is er sprake van een cultureel klimaat?

‘Amsterdam heeft het gevoel dat ze met haar broedplaatsenbeleid de noodzaak van onafhankelijke makers heeft afgekocht. Qua cultuurliefhebber is er een goed klimaat, maar als cultuurmaker is het best schraal. Ik heb de indruk dat Nieuw-West en Oost meer te bieden hebben, maar zeker weten doe ik dat niet.’

Waar ben je momenteel mee bezig? 

‘Ik heb net lang gewerkt aan acht voorstellingsconcepten voor de periode 2021-2024 in verband met meerjarensubsidie. Twee voorstellingen gaan over data verzamelen/ het verdwijnen van privacy, en en hoe die die dan om te zetten naar buitenvoorstellingen waarin de beleving centraal staat. In november hebben we die concepten exoerimenteel getest.
Eén voorstelling gaat over macht. Daarnaast heb ik een idee voor een pop-up voor festivals: een auto met daarin een geluidsinstallatie en ouderen van Arabische of Turkse origine die een volksdans uitvoeren op elektronische muziek. Zij dagen het publiek uit om mee te dansen. Nederlandse volksdansen lenen zich daar minder voor, denk ik.
Ook hebben we een nieuwe website bedacht. Die is nu vooral gericht op verkoop van onze voorstellingen voor festivalprogrammeurs, maar moet ook voor belangstellenden buiten de culturele sector interessant zijn. Bijvoorbeeld bedrijven, tehuizen, universiteiten of andere opleidingen waar we onze kennis kunnen delen.’

De voorstelling Hellend Vlak van dansgroep Vloeistof in de piushaven in Tilburg.
Foto Joyce van Belkom

Heb je contact met andere kunstenaars?

‘Ja, al jaren met Jesse Koolhaas, die ook in Oost woont. Hij is sounddesigner en oprichter van Mystic Brew, die ook sounddesigns maakt voor grote bedrijven. Voor ons is hij onmisbaar, omdat hij zich ten dienste van het eindproduct opstelt. Vooral binnen voorstellingen. Ik was een tijdje lid van een intervisiegroep van kunstenaars die elkaar adviezen geven. Daar ken ik Panka Evenblij, Nell Berger, Vera Broos en Ina Stokkum van.’

Wie bewonder je?

‘Nicole Beutler is een dansmaker die gelaagd werk maakt. Ze maakt vooral binnenvoorstellingen met een sterke dramaturgie. En Keren Levi – ze heeft ons ooit begeleid in een maakproces. Wohw! Wat een kundige vrouw!’

Waar ben je in je vak het meest trots op?

‘De voorstelling Welkom in de buitenwereld, waarbij het publiek in de auto zit. We speelden die in Amsterdam, Rotterdam, Helsinki, Parijs en Zürich en op heel veel andere plaatsen. We brengen deze nu sinds zes jaar. Dit jaar, op ons 20-jarig jubileum gaan we de voorstelling opnieuw spelen.
Trots ben ik ook op Hellend vlak, dat speelt op een dak. Gaan we weer doen, aankomende zomer, tijdens Julidans in het Vondelpark. In de zomer, met verschillende voorstellingen tegelijkertijd op verschillende locaties, is het heel druk. Dan spelen we verschillende stukken tegelijk op verschillende festivals: dat is niet altijd fijn, maar het moet.’

Wat is je grootste wens?

‘Iets meer in het buitenland spelen? We hebben één keer in China gespeeld, maar dat hoeft niet meer. Veel te hiërarchisch. India was een fantastisch land om te spelen. Graag zou ik in Afrika en de Sovjetrepublieken spelen. Dan moeten de teksten wel worden vertaald. Binnenkort gaan we in het financiële hart van Londen Hellend vlak spelen, daar kijk ik wel naar uit.
Ook zou ik graag mijn voorstellingen op plekken als Pakhuis de Zwijger spelen om een inhoudelijke verdieping aan te brengen en een link aan te gaan met de stadsproblematiek en andere actuele thema’s. Supertof lijkt het me ook om als beweger free running te leren.

Tenslotte: wat wens je Oost toe? En Amsterdam?

‘Dat het zo gemengd blijft zoals het is. En dan bedoel ik niet zozeer de mengeling van bewoners, dat ook natuurlijk, maar van de gebouwde omgeving. Als ik de plannen voor Zeeburgereiland zie, houd ik mijn hart vast. Zo monotoon, alleen maar woningen. Het centrum laat al eeuwen zien dat variatie heel goed heeft gewerkt en nog werkt.’

Check www.vloeistof.nl