Home Lezen en schrijven Ernst Löw komt met bijzonder boek ‘Te warm voor whisky’

Ernst Löw komt met bijzonder boek ‘Te warm voor whisky’

0
Ernst Löw bij Paperback Radio.

Ernst Löw is als acteur en zanger al redelijk bekend. Ook als schrijver begint hij nu naam te maken. Kortgeleden bleek bij een radio-uitzending van Paperback Radio dat Löw veel leden van leesclubs in Amsterdam Oost hem zien als een zeer inspirerende schrijver. Maar wie is deze man. Hoogste tijd voor een portret.

Lezen en schrijven | Bert van Galen

Teruggeworpen tot zijn eigen existentiële vragen na de dood van zijn vader, vecht de hoofdpersoon zijn weg terug naar het leven. Versluierd in een rookgordijn van alcohol, drugs, porno en volle asbakken speelt het leven zich af tussen bank en avondwinkel. Zijn partner houdt het even voor gezien en wijkt uit naar het zonnige Spanje. Löws hoofdpersoon blijft achter in een mist van verwarring. De omstandigheden dwingen tot een besluit. Het leven moet weer op de rails.

In een roadtrip verlaat de hoofdpersoon zijn huis en reist af naar het zonnige zuiden. Het kompas lijkt gezet. Een nieuw leven en een herwonnen liefde voor zijn partner drijven hem voorwaarts. Halverwege strandt hij bij zijn huisdealer in een dampig warme tussenstop in Frankrijk. Hier krijgen oude demonen weer de overhand. Een aantrekkelijke vrouw dient zich aan, verleiding en hondentrouw vechten om voorrang.

De reacties op zijn boek zijn uiterst lovend. ‘Ernst Löw is de nieuwe Herman Brusselmans, de nieuwe Bukowksi, zo men wil, even raak, even authentiek maar van meedogenloze kwaliteit. We zochten de schrijver op in zijn knusse woning in de Watergraafsmeer.

Je nieuwe boek is een fullsize roman. Was het een zware bevalling?

‘Totaal niet. Ik houd zelf erg van boeken die rechtstreeks vanuit de buik komen, en ik moet eerlijk zeggen dat ik dit boek in een adem heb geschreven. Twee maanden of zo.    Ik probeer zo authentiek mogelijk te zijn. R&R stijl a la Bourroughs, Jan Cremer, Bukowski, Beat Poetry, schrijven wat in je opkomt, niet nadenken… Ik kom tenslotte uit een wereld van songwriters en de beste liedjes zijn in mijn ogen nog steeds de in vijf minuten geschreven songs. Over een liefdesverklaring denk je ook niet lang na. Ondanks mijn eigen schrijfstijl heb ik erg veel bewondering voor schrijvers à la Mulisch die grote literaire werkstukken kunnen creëren. Om het zelf te doen, ik heb er het geduld niet voor. Wat erin zit, moet eruit!’

Dat klinkt als een must. Is dit boek autobiografisch?

‘Het boek beschrijft een periode die begint met het overlijden van mijn vader. Zo’n gebeurtenis is best wel ingrijpend, hoe je het ook draait. Eén van de redenen dat het schrijven zo vlot ging, heeft, denk ik te maken met het feit dat je toch met vragen over leven en dood begint te knoeien. Het feit dat alles in het boek volkomen autobiografisch is, maakte dat het schrijven ook wel vlotjes ging. Het boek legt een groot deel van mijn ziel bloot, en die ziel ken ik al jaren.’

Je spaart jezelf niet in het boek. De beginpassage is direct indringend. De dood van je vader, Bob Löwenstein, had een enorme impact zo te lezen. Welke rol speelde zijn overlijden in dit boek?

‘Moeilijke vraag, niet makkelijk te beantwoorden. Allereerst vind ik mijn vader een groots mens, heeft een moeilijke, zeer moeilijke jeugd gehad. Zijn eigen vader was een kerel die met pistolen door de stad liep en met een gokverslaving worstelde. Dit allemaal in Wenen, Oostenrijk, in een periode dat Hitler aan de macht kwam. Toen aan de relatie tussen mijn grootouders een eind kwam, en Hitler bijna kanselier was, vluchtte mijn oma met haar nieuwe vriend naar België en liet haar drie kinderen achter in Wenen.’

Hij is even stil en gaat dan direct vol power verder.

‘Mijn vader heeft op zijn tiende, in tijden van bijna oorlog, een jaar lang alleen met zijn twee zussen geleefd zonder moeder. Ze hadden een soort van huishoudster die voor hen zorgde. Toen mijn vader met zijn zussen ook naar België kon vluchten en twee jaar later de stiefvader van mijn pa stierf, was mijn vader op zijn twaalfde de ‘man’ in huis. Hij moest zorgen voor twaalf Joodse onderduikers die bij mijn grootmoeder in de kelder woonden. Ook zat mijn vader als een van de jongsten bij de jongerenbeweging van het Antwerps verzet. Kortom, de oorlog heeft van hem de man gemaakt die hij werd. Aan de ene kant was hij een strijder, met veel lef. Aan de andere kant was hij zeer bang dat degenen die om hem gaven iets zou overkomen. Die angst heeft ervoor gezorgd dat hij zeer bezorgd was over zijn kinderen. Mijn broer was een brave, daar was niets mis mee, maar ik daarentegen…’

Vanaf zijn puberteit werd Löw zeer geïnteresseerd in alles wat tegendraads was. ‘En toen Herman Brood in mijn leven kwam, heeft mijn pa er alles aan proberen te doen om mij niet dezelfde kant als Brood op te laten gaan. Ik ben van 1964, werd puber in Punktijd, we kwamen in clubs waar iedereen blowden, we luisterden naar volgens mijn vader lelijke muziek, we vonden krakers te gek, hooligans, rock&roll… En dat maakte mijn vader vanuit zijn bezorgdheid razend. Eigenlijk is vanaf toen mijn band met hem vertroebeld, omdat ik datgene deed waar hij bang van was. Eigenlijk is sindsdien de band nooit meer echt goed gekomen, zonder woede, maar zijn bezorgdheid over mij bleef maar duren. Hij heeft gelijk gekregen, want ik ben zoals hij altijd zei: ’ook geen gemakkelijke.’

Je komt uit een vruchtbaar artistiek nest. Legt dat de lat hoog?

‘Ik denk niet dat, omdat mijn vader tv regisseur was en mijn moeder actrice, het de reden is om de lat hoog te leggen. Dat mijn broer een heel bekende Nederlandse acteur is, heeft mij wel altijd het gevoel gegeven dat ik ook iets moet bereiken in het leven. De gedachte dat je iets moet bereiken, omdat je vader je anders maar een sukkel vindt. Dat is idioot, ik weet het inmiddels. Daarom ben ik er voor gegaan. Hoever geef ik in dit boek bloot. Dat is helder, 100 procent.’

Waar sta je op dit moment in je carrière?

‘Ik ben al lang niet meer bezig met een carrière. Ik wil gewoon doen wat ik doe. Zingen, schrijven, regisseren, af en toe een beetje acteren. Zolang ik financieel rond kan komen, is het voor mij oké. Er zijn soms periodes dat het niet lukt en dan kan ik zeer depressief worden.’

Maar is er een bepaald pad, een gestelde ambitie?

‘Ik wil de dingen die ik doe, zo lang mogelijk blijven doen, tot de laatste adem. Mijn ambitie ligt hem eerder in het feit dat ik mezelf wil blijven ontwikkelen. Ik wil blijven evolueren als mens. Hoe langer hoe meer mezelf terugvindt, degene die ik ooit was toen ik klein was, met de wijsheid die ik nu heb. Veel belangrijker voor mij dan maatschappelijk iets bereiken. Ik zei het al, gewoon lekker bezig blijven. Twee boeken per jaar, 150 optredens per jaar. Meer moet dat niet zijn. Beroemdheid is volkomen overschat en rijkdom al helemaal.’

Ernst Löw in eigen woorden

Geboren in het Hollandse Hilversum in 1964. Ik had een vreselijke schooltijd. De lagere school ging nog wel, maar eenmaal op het middelbaar ging alles fout. Zeker vanaf de puberteit. Punk, blowers en cafés zorgden ervoor dat het studeren niet echt lukte.

Op mijn achttiende in militaire dienst, rijbewijs gehaald, dan naar Antwerpen om naar de kleinkunstacademie te gaan, school niet afgemaakt, beginnen toneelspelen bij Toneelgroep De Appel in Den Haag (1988) terug naar Antwerpen om de band 2 Takt op te richten, redelijk succes, platencontract en veel tv aandacht. De band splitste in ’93. Ik word gevraagd om les te geven op de Antwerpse toneelschool Studio Herman Teirlinck waar ik vijf jaar eerder van was weggestuurd. Jan Decleir was toen directeur en wou fris bloed om de school nieuw leven in te blazen. Met zeer veel overgave gaf ik tot 2000 les en stopte toen de school geen subsidie meer kreeg.

Om aan geld te komen begon ik televisierollen aan te nemen. Zo werd ik een vast personage in de Nickelodeon serie Zoop, speelde ik een jaar in de soap Thuis. Rot ervaring, niets voor mij. Werd meestal gevraagd om de slechterik te spelen wegens mijn ruige kop. Begon in 2001 weer te zingen en maakte met als producer Rick de Leeuw een Nederlandstalige plaat. Ik heb altijd in het Nederlands gezongen, ik wilde Herman Brood zijn, maar die bestond al in het Engels.