Een van de leukste dingen die je in Oost kunt doen is een bezoek aan het Repair Café in de Meevaart. Je hebt vast nog wel ergens een kapot apparaat dat je nooit weg hebt willen doen, omdat je hoopte dat het ooit nog gemaakt zou kunnen worden. Dus als je dat meeneemt, heb je gelijk een goede reden.

Johanna Kroon | Foto’s Martin Waalboer Stichting Repair Café

In het Repair Café vind je een sfeer die je nooit meer vergeet. En een fantastische groep monteurs die niets leuker vinden dan jouw kapotte apparaat weer aan de praat krijgen. Alle monteurs zijn vrijwilligers, en de reparatie kost je niets. Een donatie in de koffiepot wordt op prijs gesteld.

Het eerste Repair Café begon in Amsterdam in 2009, en inmiddels zijn er al 3000 over de hele wereld. Het gaat nu zo hard met die Repair Cafés dat er elke dag ergens op de wereld een nieuwe van start gaat.

Dat alles danken we aan Martine Postma uit Oost. Ooit schreef ze als journalist over duurzaamheid. In de stadsdeelraad van Oost-Watergraafsmeer heeft gezeten als raadslid namens de partij Méérbelangen. En al heel lang ergerde ze zich aan de wegwerpmaatschappij en vooral aan het motto: als een apparaat kapot is, dan koop je toch gewoon een nieuw? Martine vermoedde dat er mensen waren die wisten hoe ze al die kapotte koffiezetapparaten, mixers, printers, stofzuigers en frituurpannen konden repareren en dat nog leuk zouden vinden ook. Maar waar hielden die zich toch schuil?

Het Repair Café is het resultaat van heel veel experimenteren. Martine begon ooit met een wegwijzer over kapotte spullen: wat kun je zelf repareren, wat kun je ergens heen brengen? In diezelfde tijd waren in Amsterdam kunstenaars actief die een Repair Manifesto hadden geschreven en een ruimte met gereedschappen hadden ingericht voor reparaties. Martine had begrepen dat daar dan ook mensen zouden zijn die je konden helpen. Maar toen ze er op een dag zelf naartoe ging met een kapot apparaat onder haar arm, werd duidelijk dat ze zelf aan de slag zou moeten. ‘Ik doe wel even het licht voor je aan’, zei de aanwezige medewerker.

Dat bracht Martine op het idee om ook een reparatiewerkplaats te beginnen, maar dan op plekken voor één dag en met monteurs. Ze regelde gereedschap, wierf monteurs die wel wilden helpen en ze stuurde een persbericht uit over de opening. Vrijwel direct hing Vroege Vogels aan de lijn en nodigde Martine uit om op de radio over haar initiatief te komen vertellen.

Martine zei nee, want ze vond de opening belangrijker. Maar de redacteur van Vroege Vogels raadde haar met klem aan om toch maar naar de studio te komen, want dat zou haar initiatief beslist een vliegende start geven. En dat was ook zo. Meteen op die eerste dag al stond er een lange rij voor de deur, er waren zelfs Vroege Vogels-luisteraars die helemaal uit Nijmegen waren gekomen met een kapotte frituurpan. Het project had dus meteen al landelijke bekendheid en wat iedereen direct opviel was de geweldige sfeer – dezelfde sfeer die je in elk Repair Café waar ook ter wereld aantreft: gemoedelijk, geanimeerd, gezellig. Iedereen heeft het naar z’n zin en iedereen gaat er blij vandaan. En als je even moet wachten is dat helemaal niet erg want je kijkt om je heen en je zit heerlijk te genieten.

Wat Martine ook heel veel hoorde tijdens dat eerste Repair Café was dat het mensen enorm ergerde dat apparaten zo snel kapot gingen en dat je ze nergens konden laten repareren. Iedereen had daar een rotgevoel over. En zo werd het al bij het allereerste Repair Café duidelijk dat er een enorme behoefte was aan een laagdrempelige reparatieplek.

Het duurde dan ook niet lang of het Repair Café werd bekend en Martine werd uit het hele land gebeld: wij willen ook zoiets beginnen, hoe doe je zoiets? Martine vond het belangrijk dat er een soort consistentie kwam in elke club die zich Repair Café ging noemen. Natuurlijk wilde ze ook dat het overal een succes werd. Dus ze maakte een startpakket en vroeg financiering aan voor een driejarig project waarin 150 Repair Cafés opgestart zouden worden, een per week dus. Er kwamen steeds meer journalisten langs, ook uit het buitenland. Het duurde dan ook niet lang of ook mensen in het buitenland wilden Repair Cafés beginnen. Het startpakket is nu beschikbaar in het Engels, Frans, Duits en Spaans.

Intussen werkt Martine ook aan handleidingen waarmee je als eigenaar van een defect apparaat de meest voorkomende simpele storingen zelf kunt oplossen. Als je koffiemachine ermee ophoudt, is dat vaak omdat het apparaat ontkalkt moet worden, en daarvoor hoef je natuurlijk niet naar het Repair Café, laat staan dat je een nieuw apparaat zou moeten kopen.

Het volgende plan van Martine is om monteurs op te leiden die het leuk vinden om in het Repair Café te komen meehelpen. Want de huidige monteurs zijn voornamelijk gepensioneerden en er moet natuurlijk wel opvolging zijn.

Martine heeft ook veel energie gestoken in het promoten van een keuzevak repareren op het vmbo, want dat is er nu niet. Helaas is de aanvraag al twee keer afgewezen. Maar nu het rechtsom niet kan, komt het gewoon linksom op gang: het startpakket van het Repair Café wordt steeds vaker aangevraagd door vmbo-docenten die er in de klas mee aan de slag willen. Scholen kunnen ook een Repair Café uitnodigen in de klas, dan gaan de vrijwilligers van het Repair Café aan de slag met de leerlingen.

En zo is er, dankzij Martine Postma uit Oost, wereldwijd een ware reparatie-revolutie op gang gekomen. Wat Martine telkens weer opvalt, is het gevoel van trots, kracht en autonomie die mensen ervaren als hun apparaat weer een hele tijd mee blijkt te kunnen. Of dat nu komt door eigen ingrijpen of door een tochtje naar het Repair Café. En wat het hele Repair Café-avontuur haar geleerd heeft, is dat het altijd goed komt als je aan de slag gaat met zaken waar mensen enthousiast van worden.

En toch is er nog veel te doen. Nog niet zo lang geleden hoorde Martine een spotje op de radio. Een stel had problemen met de koffiemachine: ‘Schat, er komt geen koffie meer uit!’ ‘Maar dat is toch helemaal geen probleem?’, zei de ander, ‘We hebben toch een krediet bij ING!’ De missie van Martine Postma is dus nog lang niet ten einde.