We eten bij de Krat zelden peultjes. Niet uit afkeer, zeker niet. Maar als er peultjes in de winkel liggen komen die negen van de tien keer uit Kenia of Zimbabwe en, nou ja, dat hoeven we niet meer uit te leggen. Het is een van de redenen om ons extra te verheugen op de zomer: Nederlandse peultjes, Nederlandse tuinbonen en sperziebonen; we kunnen er geen genoeg van krijgen.
De plant waar peultjes aan groeien is dezelfde als die van de doperwten: de een pluk je eenvoudig wat sneller dan de ander. Wil je peultjes, dan is haast geboden: jong plukken, anders worden ze draderig en taai. Helaas worden ze weinig verbouwd; de opbrengst is laag. Misschien een leuke tip voor volgend jaar: je eigen peulen en erwten verbouwen in je moestuin of op je balkon. Het zijn relaxte types: je kunt ze begin maart al in de volle grond zaaien. De bloemen van de plant zorgen sowieso voor een goed humeur: romantisch wit, lila en roze. Net als de peulen zelf, trouwens: zo knalgroen dat elk gerecht ervan opfrist.
Inger Boxsem en het team van de Krat
Het recept | Het recept wordt je aangeboden door de Krat
