In de Oba op het Javaplein is een mooie tentoonstelling te zien over alledaagse gebruiksvoorwerpen van de Marokkaanse gastarbeiders uit de jaren zestig en zeventig, zowel uit het land van herkomst als in het land van aankomst. De voorwerpen komen vooral uit het Rifgebied, van waaruit veel Marokkaanse gastarbeiders naar Nederland kwamen. De tentoonstelling is klein, maar de moeite waard.

Johanna Kroon

De meeste voorwerpen zijn met de hand gemaakt, soms door een ambachtsman, denk aan koperen schalen en bronzen vijzels, en soms door de gebruiker zelf: zelfgeweven dekens, dekbedden en tapijten, zelfgevlochten manden, zelfgemaakte bezems, kleding en ga zo maar door. Alles was bedoeld om heel lang mee te gaan en alles ziet er prachtig uit. Het is echt met liefde gemaakt.

Mehdi El Ghalbzouri, die de tentoonstelling heeft samengesteld en bij de opening een praatje houdt, vertelt hoe het leven er destijds uitzag in het Rifgebergte. Betaalde arbeid bestond niet of nauwelijks, iedereen was zelfvoorzienend en buren hielpen elkaar met het binnenhalen van de oogst.

Eind juni was de oogsttijd wel zo’n beetje afgelopen en dan brak de periode van huwelijken aan. De vrouw bracht een bruidsschat mee, met allerlei goederen die in geen enkel huishouden mogen ontbreken, en ook die uitzet werd voor een groot deel zelf gemaakt. Een gearrangeerd huwelijk was de norm en de eerste vraag die de bruidegom gewoonlijk aan zijn bruid stelde was dan ook: hoe heet je?

De samenleving van toen was zeer duurzaam: alles werd gemaakt om een leven lang mee te gaan en er werd niets verspild. Schapenhuiden die overblijven na het offerfeest gooi je natuurlijk niet weg, want die zijn lekker warm terwijl het in het Rifgebergte steenkoud kan zijn. De mooie tapijten die je zelf knoopt wil je mooi houden dus schoenen uit iedereen!

Intussen leefden we in Europa in een industriële samenleving die zat te springen om goedkope arbeidskrachten. En zo kwam de migratiestroom op gang.

Een opvallend voorwerp in de tentoonstelling is dan ook de cassetterecorder. Die stond in zo ongeveer alle gastarbeiderpensions in Nederland. In plaats van brieven stuurden de gastarbeiders ingesproken bandjes naar huis. Dat bandje kwam dan weer terug met de verhalen van vrouw en kinderen in Marokko.

De tentoonstelling is samengesteld door Mehdi El Ghalbzouri. Toen hij met pensioen ging wilde hij de geschiedenis laten zien van de eerste generatie Marokkaanse gastarbeiders in Nederland. Alle voorwerpen die er te zien zijn, op de tapijten na, zijn inmiddels ook in Marokko niet meer in gebruik. Ook voor Marokkaanse Nederlanders is dit dus nostalgie.

Het is een interessante tentoonstelling, voor alle leeftijden. Ergens in deze tentoonstelling is een staafmixer te vinden zonder stekker. Met deze staafmixer kun je perfect pureren zonder dat je stroom nodig hebt. En je kunt ‘m nog zelf maken ook. Een leuke quizvraag voor als je kinderen meeneemt, is dus: zoek deze staafmixer en bedenk hoe hij werkt.

De tentoonstelling is te zien tot en met 31 oktober bij de Oba op het Javaplein en is een coproductie van Het Marokkaans Ouderen Centrum, het Buurtmuseum Indische Buurt en OBA Javaplein. Met ondersteuning van het Amsterdam Museum.