De waterschapsverkiezingen van 15 maart lieten een groeiend bewustzijn rond water zien. Nieuwsgierig geworden naar hun werkzaamheden zocht ik daarom contact met bestuurder Bea de Buisonjé. In het prominente gebouw van Waternet aan de Korte Ouderkerkerdijk, met het mooiste uitzicht over de Amstel, spreek ik haar.
Evelien Polter | Foto Frank Schoevaart
Buisonjé is al acht jaar lid van het Waterschapsbestuur. Zij was lijsttrekker voor de PvdA en op 15 maart is Bea opnieuw gekozen en zij treedt eind juni opnieuw aan als lid van het dagelijks bestuur.
Het grootste deel van de gemeente Amsterdam valt onder het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Het omvat naast Amsterdam (met uitzondering van een deel van Amsterdam-Noord), het Gooi en delen van de provincie Utrecht. Het gebied telt 1,3 miljoen inwoners. Het bestuur gaat over zaken als het beheer van dijken en sluizen, de kwaliteit van het water en het grondwaterpeil. Het waterschap worstelt al langer met tegenvallende belastingopbrengsten door falende ict bij Waternet, de ambtelijke uitvoeringsorganisatie.
In de jaren zeventig studeerde u geografische hydrologie, dat is de studie van het gedrag en de eigenschappen van water. Dé studie over Waterbeheer. Bent u daarna gaan werken in die sector?
‘Er studeerden toen alleen maar mannen geografische hydrologie. Bij Rijkswaterstaat en TNO wilden ze alleen maar mannen. Uiteindelijk vond ik een baan bij een communicatiebureau. Regelmatig kwamen er oproepen vanuit de PvdA of ik me kandidaat wilde stellen voor het bestuur van het Waterschap. Omdat ik nog steeds veel belangstelling voor mijn oude vak had, heb ik me zo’n negen jaar geleden aangemeld en werd ik gekozen als lid van het bestuur. Voor mij is het iedere ochtend op mijn werk bij het Waterschap alsof ik een cadeautje uitpak.’
Wat vindt u aantrekkelijk van uw werk bij het Waterschap?
‘Door de klimaatverandering wordt het waterbeheer steeds belangrijker. Het is fascinerend wat water doet. Het is zoals een kind stenen verlegd in een beekje. Het Waterschap doet dat in het groot. Water kun je sturen, ermee spelen, afsluiten. Als dagelijks bestuurder ben je daarmee bezig. Vanmorgen was ik bijvoorbeeld bij het landelijk overleg Deltaprogramma Zoetwater. Daar bespreken we hoe we komende zomer omgaan met de invloed van de droogte op de beschikbaarheid van zoet water.’
De Watergraafsmeer is een polder van meer dan 5 meter onder NAP. De Ringdijk beschermt die polder. Bewoners van de Watergraafsmeer zijn bang dat bij extreme wateroverlast deze polder onder zal lopen. Is dat een reëel gevaar en wat doet het Waterschap eraan om een dergelijke ramp te voorkomen?
‘Om de Watergraafsmeer zit een dijk en die is sterk genoeg. Er staan twee gemalen in de Watergraafsmeer, eentje in Science Park en eentje bij de Weespertrekvaart. Met deze gemalen pompen we overtollig water uit de polderwateren. Stel dat een dijk toch water doorlaat dan gaan de kleppen in de Ringvaart dicht waardoor de Amstel niet leegstroomt in de Watergraafsmeer. In het Science Park bij de onderdoorgang van het spoor zit ook nog een grote deur die dicht kan om het water tegen te houden.’
Bij veel oude huizen zijn in de Watergraafsmeer zijn souterrains omgebouwd tot leefruimte. Hoe kijkt u daar tegenaan?
‘Daar ben ik heel erg ongelukkig mee omdat door die onderkeldering het grondwater wordt verstoord. Je woont in een polder waar het water constant omhoog wil komen en daar maak je een bak in waardoor de buren wateroverlast krijgen of waardoor de grond zo droog wordt dat instortingsgevaar voor de omliggende gebouwen dreigt. Per 1 januari 2023 mag het niet meer in de Watergraafsmeer. Toen die maatregel aangekondigd werd vorig jaar hebben nog veel huiseigenaren hun huis nog gauw onderkelderd. Ik begrijp dat niet.’
Zijn er ook buurten in Oost waar in heel warme periode hittestress dreigt?
‘De Indische buurt is een van de meest versteende buurten van het Waterschap met weinig groen en veel betegeling. Daar dreigt hittestress, er moet daarom in die buurt meer groen komen.’
In het voorjaar regende het veel. Wat doet het Waterschap dan om Amsterdam droog te houden?
‘Er komt altijd water bij, dat is regenwater, water uit de polders maar ook uit de rioolwaterzuivering. Dat moeten we afvoeren. De enige plek waar we dat kunnen is in IJmuiden. Dat is direct ook onze achilleshiel. Als het in IJmuiden niet goed gaat heeft Amsterdam problemen met hoogwater. Vroeger zetten we als het eb was de schuif open en spuiden we het overtollige water in de Noordzee. Doordat de zeespiegel aan het stijgen is merken we dat het water lozen in de zee niet altijd meer kan. Vandaar dat we bij IJmuiden nu enorme pompen hebben staan om Amsterdam droog te houden.
Gemaal Zeeburg zetten we aan als er te veel regen valt en het water in de Amstel te hoog is. We houden het water altijd op min 40 centimeter NAP. Gemaal Zeeburg kan alleen Amstelland drooghouden. Het Gemaal is klein in verhouding met de pompen in IJmuiden, maar het is wel de trots van ons gebied.’
Op 3 september organiseert Amsterdam City Swim weer een zwemparcours. Wat is de bijdrage van het Waterschap/Waternet hieraan?
‘We sponseren City Swim om te laten zien dat de waterkwaliteit in onze grachten zo goed is dat iedereen daarin kan zwemmen. Je legt een parcours van 700 meter of 2 kilometer af, dwars door Amsterdam, om zoveel mogelijk geld op te halen voor Stichting ALS. Tijdens City Swim controleren we steeds of de kwaliteit goed genoeg is. Een paar jaar geleden waren er, vlak voordat City Swim zou plaatsen vinden, enorme stortbuien geweest waardoor het water niet van voldoende kwaliteit was om in te zwemmen. Toen hebben we de City Swim afgelast.’
Heeft u nog advies hoe wij zelf kunnen zorgen voor een goede waterkwaliteit?
‘Gooi niks op de grond! Peuken, plastic zakjes, sinaasappelschillen, alles waait uiteindelijk in het water en tenslotte in zee. Gooi het in een vuilnisbak of neem het mee naar huis.’