Home Overzicht Verhalen uit de Plantage | Kuddedieren    

Verhalen uit de Plantage | Kuddedieren    

0
| Verhalen uit de Plantage | Dick Pol |

In zekere zin zijn de meesten van ons op zoek naar de beschutting van de kudde. Meedoen, voldoen aan de geldende normen. Vooral niet opvallen. Ik kan nu wel stoer gaan doen, maar dit geldt evenzeer voor mij. Ik heb dan nog wel de illusie dat ik vaak afwijk van het gemiddelde. ‘Pour épater les bourgois’.

Groepen meisjes, toeristen, trekken dagelijks voorbij aan mijn venster. Het zal de tijd van het jaar zijn. Geen idee. Ze zien er allemaal hetzelfde uit. Zelfde kapsel, zelfde kleding, zelfde gedrag. Ik moet de neiging onderdrukken om neerbuigend naar ze te kijken. Als voormalig hippie heb ik geen recht van spreken.

In de tijd en de buurt waarin ik opgroeide hielden de mensen elkaar scherp in de gaten. De ‘roddels’ waren amper bij te houden. Eén en ander valt echter in het niet bij de zondvloed op de sociale media vandaag de dag. ‘Naming’ en ‘shaming’. Met soms ernstige gevolgen. Van een andere orde dan de ‘Margriet’ en de ‘Libelle’ indertijd. Later de ‘Story’, die iedereen, zogenaamd, alleen las bij de kapper.

Ik zit aan de tap van mijn favoriete kroeg, ‘Eik en Linde’. Buiten, op het terras is een feestje aan de gang van ‘Artsen zonder grenzen’, de buren aan de Plantage Middenlaan. Binnen is het rustig. Ik zit een beetje te mijmeren achter mijn biertje. Ik doe dit graag. Ik heb hier niemand bij nodig. Liever niet zelfs. Opeens staat er een kabouter naast me die een whisky bestelt. Een man van, wat zal het zijn, één meter tien, één meter twintig. Hij komt niet boven de bar uit, hij moet zich strekken om zijn glas te pakken. Ik schrik ervan. Dat slaat uiteraard nergens op. Het kost me moeite om niet verbaasd te reageren. Om mezelf een houding te geven.

De man in kwestie beleeft dit soort reacties natuurlijk voortdurend. Zo zit de wereld in elkaar. Hij maakt nochtans een montere indruk. De man ziet er trouwens best goed uit. Bij kleine mensen is dikwijls het hoofd relatief groter dan de ledematen. Niet dat daar iets mis mee is, maar dit is bij deze man niet het geval. Ik schaam me (vals) voor mijn reactie. Alsof er een ideale lengte bestaat. Alsof dit er toe doet. Alsof ik zelf niet vaak genoeg ben gepest met mijn proporties. In het schaakcafé stond ik in het kasboek genoteerd als ‘lange Dick’. Ik kan een voorbeeld nemen aan de kalme zelfverzekerde whiskydrinker. Weer eens een lesje in bescheidenheid.