Minder auto’s de stad in. Dat is waar Amsterdam voor staat. En hoe zorg je ervoor dat er minder auto’s de stad inrijden? Met parkeren aan de rand van de stad zoals op de P+R parkeerplaats Zeeburg 1 op het Zeeburgereiland. Dat is handig want de tram en de bus brengen je de stad in. Dat was het. Maar het P+R-terrein bestaat niet meer en het heeft ruimte moeten maken voor woningbouw in Baaibuurt-West.
Met de sluiting van het P+R-terrein Zeeburg 1, dat eerder werd gepromoot als ’transverium’, verdwijnen 202 parkeerplekken. Ook andere terreinen waar je kunt parkeren en verder kunt reizen, verdwijnen. Dat in tegenstelling tot het beleid van de gemeente om juist dit soort parkeerplekken uit te breiden om auto’s uit de stad te weren.
Voor een bezoek aan het centrum van Amsterdam betaalde je slechts 6 euro per dag. De P+R locatie was door de goede ligging bijzonder populair onder toeristen en dagjesmensen. Nu Zeeburg 1 is opgeheven is er nog P+R Zeeburg 2 dat aan de overkant ligt. Ook iets verderop kun je terecht op P+R Zeeburg 3. Dit parkeerterrein is vrij nieuw en meestal wat rustiger.
Naast het verminderen van capaciteit op P+R-plekken, verdwijnen in de hele stad parkeerplekken voor auto’s. Bij groot onderhoud in buurten worden de straten anders ingericht. Een smallere rijbaan met minder parkeerplekken, is vaak het resultaat. Met de steeds groter wordende auto’s levert dat problemen op. Zij hebben wat meer parkeerruimte nodig en passen niet in die smallere straat. Met als gevolg schade aan geparkeerde auto’s, kans op ongelukken en snel een ‘verstopte’ straat.