Haar familie woont sinds het begin in Betondorp (1924) en ook haar vader werd er geboren. Zelf groeide Carleen de Lange (1959) op in West, maar sinds 1980 keerde ze terug naar haar ‘familieroots’. Ze werkte in het dovenonderwijs totdat ze wegens een chronische ziekte rond het jaar 2000 volledig werd afgekeurd.

In Buurtmensen interviewt Fokko Kuik mensen die zich inzetten voor hun buurt in Oost. Anja van Mil maakte de foto’s.

Die ziekte beperkt haar nog steeds behoorlijk in haar dagelijkse doen en laten. Maar toen in 2020 de Coronapandemie uitbrak en ze in haar buurt geconfronteerd werd met schrijnende gevallen van mensen die hun inkomen kwijtraakten en in een isolement terechtkwamen, besloot ze dat er iets moest gebeuren. Ze richtte de Facebookgroep Coronahulp Betondorp op en al gauw waren er zo’n veertig vrijwilligers aan de slag om buurtgenoten te helpen met boodschappen doen, eten koken, de hond uitlaten of een praatje maken.

In die periode werd de groep geconfronteerd met vormen van armoede en eenzaamheid, die niet alleen met coronahulp te verhelpen is. Het nuttige werk van de Facebookgroep viel dermate op dat ook formele instanties begonnen door te verwijzen naar Carleen en haar netwerk. De gemeente raadde haar aan om een stichting op te richten, zodat ze financiële ondersteuning konden gaan geven. Dat leidde tot de geboorte van de Stichting Veerkrachtig Betondorp.

Met de steun van de gemeente, maar ook van het Rode Kruis, particulieren en ondernemers, kon er een supermarktje/weggeefwinkel worden opgericht waarin buurtbewoners drie keer per week hun basisbehoeften konden halen. Ook kwam er een maaltijdservice en buurtgenoten stelden hun overtollige kledingstukken beschikbaar.

Omdat de hulpvraag vaak verder bleek te gaan dan alleen de primaire basisbehoeften zijn ze ook mensen gaan begeleiden naar ziekenhuizen, artsen en andere instanties. Soms hielpen ze mensen met het inrichten van een huis en zorgden ze voor een telefoon, computer of een TV om mensen te verbinden met de buitenwereld. Een belangrijk aspect daarbij is dat mensen je wel moeten vertrouwen. Er is natuurlijk veel schaamte als het gaat om armoede.

Nu, alweer vijf jaar na de eerste corona-uitbraak, is de situatie wel anders geworden. De stichting bestaat nog steeds, maar sinds vorig jaar wordt deze niet meer financieel ondersteund door het stadsdeel. Over de ondersteuning door de gemeente is Carleen behoorlijk gefrustreerd geraakt. ‘Waar de gemeente in haar sociale basis schrijft dat de informele initiatieven het voorportaal van de overbelaste formele zorg is, ligt de prioriteit niet op het voortbestaan van deze kleine informele initiatieven. Wij bereiken mensen die de formele instanties, woningbouwcorporatie en de gemeente niet hebben gevonden. Er wordt geroemd dat Amsterdam er is voor en door Amsterdammers, maar meerdere buurtinitiatieven worden niet meer ondersteund. Bezuinigingen zijn hier volgens mij de oorzaak van’, geeft Carleen aan.

‘Kleinere initiatieven als deze vallen daarmee uit de boot. Zo kwam er een eind aan het gebruik van het lokaal bij AL Maarif, met als gevolg dat de ‘Sociale Kruidenier’ niet meer kon bestaan. Dit heeft als gevolg gehad dat veel donateurs die hoge bijdragen stortten het vertrouwen in de stichting verloren en hun donatie stopten. Ook het aantal vrijwilligers is nu stukken lager’.

Na meerdere pogingen om toch tot een vervolg in de samenwerking te komen heeft Veerkrachtig Betondorp vorig jaar de samenwerking met de gemeente opgezegd.  ‘Vooral het feit dat wij niet op hetzelfde niveau communiceren en andere normen van omgaan met partners hebben, veroorzaken de frustraties’, zegt Carleen.

‘Toen de sociale kruidenier ter ziele was hebben we eerst boodschappen en andere benodigde goederen vanuit huis geleverd en bij de mensen aan huis gebracht. Sinds mei 2024 heeft Veerkrachtig een nieuw onderkomen gevonden. Inmiddels zijn we overgestapt op het uitdelen van AH kaarten met een tegoed erop, waarmee mensen die zelf geen of nauwelijks voedsel kunnen kopen en niet bij de voedselbank terechtkunnen, zelf boodschappen kunnen doen. Ook de maaltijdservice wordt nog op kleine schaal voortgezet. Bij Bakkerij Lekkernij aan de overkant van de Brink mogen we al zes jaar alle dagen brood halen!’

De activiteiten van de stichting worden nu met het resterend budget en met kleinere particuliere donaties gefinancierd. Dat kan in de vorm van geld – de stichting heeft een ANBI-status – maar ook in de vorm van één of meer tassen met boodschappen of anderszins. Een voordeel van het hulp bieden vanuit deze informele stichtingsvorm is wel dat je veel minder gebonden bent aan regeltjes en beperkingen dan formele instanties, zoals het Buurtteam van de gemeente. Met hun inmiddels jarenlange ervaring kennen Carleen en haar medevrijwilligers precies de wegen die bewandeld moeten worden om allerhande problemen op te lossen. Zo worden mensen niet van het kastje naar de muur gestuurd.

Trots somt Carleen nog eens op welke waarden hun initiatief heeft gehad voor bewoners van Betondorp. ‘We hebben mensen naar werk en vrijwilligerswerk begeleid, mensen uit hun schulden geholpen, hun gezondheid verbetert, toeslagen aangevraagd en statushouders begeleid naar school en een baan.’

Op mijn vraag of het moeilijk is om vrijwilligers voor dit type werk te vinden antwoordt Carleen dat er best veel mensen zijn die graag eens een steentje willen bijdragen. ‘Betondorp is maar klein en veel mensen kennen elkaar, dus we kunnen elkaar makkelijk vinden als het nodig is. Ook de sfeer in het dorp is beter dan een paar jaar geleden. Wel lastig is het om de eindverantwoordelijkheid voor wat de stichting doet over te dragen. Daar zien veel mensen toch tegenop.

Hoewel Carleen ook best van het leven buiten de stad houdt en haar lichamelijke toestand haar nog steeds beperkingen oplegt, denkt ze de activiteiten van Veerkrachtig Betondorp ook de komende jaren nog te blijven doen. Als je meer wil weten over de activiteiten Carleen en de medevrijwilligers van Veerkrachtig Betondorp en hen uit affiniteit met de doelgroep wil ondersteunen, bezoek dan eens www.veerkrachtigbetondorp.nl.